AtletiekNieuw

Hoogspringster Lien Gisolf was een pionier van de Nederlandse vrouwensport

Lien Gisolf won in 1928 als eerste Nederlandse vrouw een olympische medaille bij atletiekwedstrijden. Eigenlijk had ze helemaal niet mee willen doen, maar het moest van haar moeder. Dit is een gratis artikel, maar een donatie is welkom – onderaan deze pagina.

Lien Gisolf was zeventien jaar oud toen ze werd ontdekt tijdens een schoolsportdag in Voorburg. Met hoogspringen kwam ze dertig centimeter verder dan haar klasgenoten. Haar lerares mevrouw Pothast riep verrast: “Allemachtig Lien, wat spring jij hoog!”

Ze ging bij een echte club: Hygiea uit Den Haag en sprong meteen naar een nationaal record. Zo iemand is leuk voor de Olympische Spelen, maar Gisolf had geen zin. Haar moeder pikte dit niet: “Geen smoesjes! Neem het aan, kind! Dan kun je in elk geval fijn de Spelen zien.”

Vooral dat laatste bleef hangen, schreef de Nieuwe Rotterdamsche Courant: ‘De Olympiade zien was wel de moeite van ’n paar oefendagen per week waard.’ Aan een oom vroeg ze of ze bij hem in Amsterdam mocht logeren en kreeg van hem ook nog eens een oude broek. Ze had namelijk geen trainingspak.

‘Hebben onze dames kans op de Olympische Spelen?’, schreef sportblad De Revue der Sporten in april 1928. Omdat het voor de eerste keer was dat vrouwen aan dit onderdeel mee mochten doen, was hierover nog weinig te zeggen. Er was wel een serieus probleem, merkte de auteur op: ‘Een lastig vraagstuk is het nationale costuum voor de dames.’

Behalve voor Gisolf dus, want die had al een trainingsbroek.

Wereldrecord

In april 1928 was haar beste sprong nog 1.45 meter hoog – twaalf centimeter minder dan het officieuze wereldrecord. Op 4 juni schreef dagblad Het Vaderland over de atletiekwedstrijd Nederland – België: ‘Het glanspunt van den middag was het schitterende hoogspringen van Lien Gisolf die het zoowaar bestond het officieuse wereldrecord te verbeteren en te brengen op 1.582 m. Een bijzonder fraaie prestatie, welke wat belooft voor de Olympische Spelen.’

Meer dan tien centimeter verbetering binnen drie maanden. En het was pas haar tweede wedstrijd sinds die sportdag in Voorburg. Laat de Spelen maar beginnen, dachten haar supporters daarom.

Maar Gisolf werd geen eerste, maar tweede op de Olympische Spelen. Het was wel de eerste olympische medaille ooit voor een Nederlandse atlete.

Gisolf probeerde het nog een keer op de Spelen van Los Angeles, maar op de boot naar de VS liep ze een blessure op. Ze werd vierde en stopte in 1933 met atletiek. Ze vond hoogspringen toch maar saai: “Springen en dan lang wachten.” De jaren daarop was ze een gewaardeerd speler bij de Haagse hockeyclub HDM.

Het hoogspringen was dus een bliksemcarrière zonder weerga. In 1964 keek ze voor de KRO-televisie nog één keer terug op haar loopbaan en zei dat haar zilveren medaille van 1928 haar hoogtepunt was geweest. En de ontmoeting daarna met koningin Wilhelmina – dat ook.

Op verschillende plekken zijn straten vernoemd naar Gisolf, zoals hier in Amstelveen. Ook in Amsterdam, Heerhugowaard en Haarlem is dat gebeurd.

Waardeer deze site!

Onze content is gratis. Vond je het de moeite waard? Dan kun je dat laten blijken met een kleine financiële bijdrage.

Mijn gekozen waardering € -