De grootste tragedie uit de Tourgeschiedenis
Zestig jaar geleden vond de grootste tragedie in de Ronde van Frankrijk plaats. Op een zomerse zaterdag verloor een bestuurder van een tankwagen de controle over zijn stuur, met alle gevolgen van dien.
Op zaterdag 11 juli 1964 ging het helemaal mis, in het dorpje Port de Couze in de Dordogne. De Belgische wielerjournalist Robert Janssens was getuige van wat hij zelf noemde ‘één van de meest dramatische gebeurtenissen uit de wielergeschiedenis’. In Vreugde en verdriet in de Tour beschreef hij het tragische ongeluk waarbij meerdere toeschouwers om het leven kwamen:
‘In de Tour van 1964, ter gelegenheid van de negentiende rit, reed het peloton in gezapig tempo naar Brive toe. Ik was met mijn kompanen even voorop getrokken om langs de baan een broodje te nuttigen. En we schonken amper aandacht aan de tankwagen, die instond voor de bevoorrading van de gemotoriseerde rijkswacht en die met vrij hoge snelheid voorbijvloog. Vijfhonderd meter verder gebeurde het…’
Controle over stuur verloren
‘Aan het einde van een lange rechte lijn draaide de weg plots scherp naar rechts over een brugje heen. Vele mensen stonden in die bocht op de renners te wachten. De chauffeur van de tankwagen verloor de kontrole over zijn stuur en kwam in de massa terecht. Resultaat: verschillende doden en talrijke zwaargewonden.’
Enige tijd later reden de renners nietsvermoedend de hel in. Jacques Anquetil zou later aan Janssens vertellen over de huilende en schreeuwende mensen waarmee ze plotseling geconfronteerd werden:
‘Overal lagen er gewonden, overal lag er bloed … Er kwam een vrouw op mij toegestrompeld. Zij hield mij tegen en jammerde: Mijnheer Anquetil, ik heb heel mijn familie verloren. Wat moet ik nu doen. Help mij toch…’
Janssens merkte op dat de show ook onder die omstandigheden verder moest gaan, al waren de renners diep onder de indruk en legden ze de rest van de etappe af in wandeltempo. De volgende dag was er bij de start een minuut stilte. Diezelfde middag vochten Jacques Anquetil en Raymond Poulidor een gedenkwaardig duel uit op de Puy de Dôme.
Acht doden
Het is de grootste tragedie uit de Tourgeschiedenis. Toch is in diverse boeken over de Tourhistorie niets over het afschuwelijke ongeval terug te vinden. Wel is in het officiële jubileumboek van de Tour uit 2003 een foto te zien van de bewuste tankwagen die een kanaal in is gereden. Het onderschrift meldt dat er acht doden te betreuren waren.
Uit het internetarchief van Trouw blijkt dat er onder de dodelijke slachtoffers vier kinderen waren, en dat de chauffeur van de tankwagen het ongeluk overleefde na een wanhoopssprong in het water.
In De Bijbel van de Tour de France van Jean Nelissen geen woord over het ongeval. Ook niet bij het hoofdstuk ‘incidenten’. Wel vinden we – onder het kopje ‘ernstig gewonden’ – dat de Belgische renner Armand Desmet in diezelfde Tour van 1964 zwaar ten val kwam in een afdaling en zeven weken in het ziekenhuis lag.