NieuwOlympische SpelenSport en politiekSteunfonds Freelance Journalisten

De olympische beweging is dol op vuur en fakkels

Tijdens de Spelen van Berlijn in 1936 werd er voor het eerst een fakkeltocht georganiseerd, die eindigde met het ontsteken van het olympisch vuur tijdens de openingsceremonie. Acht jaar eerder had dit vuur in Amsterdam al gebrand in de Marathontoren. Vuur en de Spelen vormen een goede combinatie: de olympische beweging heeft namelijk een enorme fascinatie voor fakkels.

De olympische fakkel van 1936 Berlijn. Foto NOC*NSF via Europeana

Die interesse was er al bij Pierre de Coubertin, geestelijk vader van de moderne Olympische Spelen. Tijdens de oprichtingsbijeenkomst van het IOC in juni 1894 organiseerde hij hardloopwedstrijden met fakkels. Op olympische medailles uit 1900, 1912 en 1928 zijn ook toortsen afgebeeld.

Het welzijn der mensheid

De Coubertin gebruikte deze symboliek graag in zijn spreekbeurten, zoals in 1906 bij een voordracht over pyrotechniek: het gebruik van vuur tijdens sportevenementen. Als IOC-voorzitter zei hij tijdens de afsluiting van de Spelen van 1924: ‘Moge de olympische fakkel zijn tocht door de tijden vervolgen voor het welzijn der menschheid die steeds moediger en reiner worde.’

Daarmee koesterde de olympische beweging de symboliek van het vuur als een scheppende kracht, die mensen en samenlevingen verenigt. Het enige wat nog miste was een écht vuur tijdens de Spelen, met een fakkeltocht vooraf vanuit Olympia. Beide moesten alleen nog worden uitgevonden.

Architect Jan Wils zette de eerste stap met het ontwerp van het Olympisch Stadion in Amsterdam voor de Spelen van 1928. Op 26 april 1926 schetste hij in Het Vaderland de rol voor de Marathontoren bij dit stadion: ‘Er boven komt een groote schaal, waarin overdag een rookpluim kan opstijgen en ’s avonds een vuurzuil.’

Rook en vuur

Aldus geschiedde op 28 juli 1928 tijdens de openingsceremonie. ‘Voor het eerst, de vlam van het Olympisch vuur, dat lekte in vlammende tongen, gedurende heel den donkeren nacht,’ aldus het Nieuwsblad van het Noorden. Rook en vuur waren onafgebroken te zien tot en met de slotceremonie – een nieuwe traditie.

De Duitsers voegden voor de Spelen van 1936 opnieuw een element toe: de fakkelloop vanuit Olympia. Het Duits Olympisch Comité benadrukte uiteraard de scheppende kracht van vuur: ‘Ze moeten menschen uit vele landen tezamen brengen en in hen het bewustzijn van de gemeenschappelijke Olympische idealen versterken.’ Op 20 juli 1936 werd in Olympia voor de eerste keer het vuur ontstoken met weerkaatsend zonlicht in spiegels, precies zoals de Griekse archeoloog Alexander Philadelpheus had bedacht. ‘Van Apollo zelf, de god van het licht.’

Door die aanwezigheid in Olympia en de verwijzing naar Apollo werd meteen een historische link gelegd met de oude Grieken. En dat was heel slim, want zo kreeg het olympisch vuur er opeens heel veel geschiedenis bij. Er zijn tenslotte nu nog steeds mensen die denken dat de olympische traditie van vuur en fakkel al duizenden jaren bestaat, waar die nog niets eens een eeuw oud is.

Rellende nazi’s

In 1936 was die destructieve kracht overigens overal aanwezig, want deze fakkeltocht was één grote nationaalsocialistische propagandastunt – drieduizend kilometer lang tussen de hakenkruizen. Langs de route waren regelmatig gevechten met antifascisten, onder meer in Griekenland en Tsjecho-Slowakije.

In Wenen was het absolute dieptepunt met nazi’s langs de route. ‘Plotseling werd het Horst Wessel-lied door honderden ingezet,’ schreef dagblad De Zuid-Willemsvaart. ‘Daarop greep een detachement bereden politie in en joeg de menigte uiteen, die in alle richtingen een goed heenkomen zocht, tot zelfs op het voor de eeregasten gereserveerde terrein, wat de verwarring er nog grooter op maakte.’ Ook elders in stad beschadigden relschoppers Joodse bezittingen. Het oogde als een gecoördineerde actie, een doelbewuste provocatie.

‘Een vrij ernstig bericht’, aldus de Leidsche Courant op 30 juli 1936. ‘Daar hebben Oostenrijksche nationaal-socialisten een feestelijkheid, welke georganiseerd was om het Olympisch vuur in de Oostenrijksche hoofdstad plechtig te ontvangen, in de war gestuurd.’

Heil Hitler

De demonstranten riepen Heil Hitler in de hoop dat dit door de aanwezige radiojournalisten op grote schaal zou worden verspreid, maar de uitzending werd gestaakt. Het incident tijdens de fakkeltocht zorgde voor snel oplopende politieke spanningen tussen Duitsland en Oostenrijk, die beide landen juist wilden voorkomen – vooral met het zicht op de naderende Spelen.

De Oostenrijkse regering kwam daarna in spoed bijeen vanwege een serieus vermoeden voor een samenzwering van nazi’s, die toen al tijden bezig waren Oostenrijk te destabiliseren – zelfs tijdens de komst van het olympisch vuur.

De regering reageerde snel en doeltreffend. Er werden honderden demonstranten opgepakt, waaronder ook een aantal Duitsers. De regering in Wenen verklaarde: ‘Oostenrijk is niet van plan met zich te laten sollen.’ De 200 arrestanten kregen een celstraf van één week tot twee maanden.

Op 1 augustus was de openingsceremonie van de Olympische Spelen in Berlijn. ’s Ochtends was bij het Alte Museum eerst nog een andere korte ceremonie met het Olympisch vuur. Het Vaderland: ‘Rijksjeugdleider Baldur von Schirach en de Rijkssportleider Von Tschammer und Osten heetten in het bijzonder de buitenlandsche jeugd en ook de Duitsche jeugd welkom in de stad der Olympische Spelen. Na deze redevoeringen klinken trompetsignalen en dan betreedt tenslotte dr. Goebbels het spreekgestoelte om nog enkele woorden tot de verzamelde jeugd te spreken.’

Het grote moment naderde: het ontsteken van het vuur in het Olympisch Stadion. Dit is wat de Limburger Koerier erover schreef: ‘Hitler verhief zich van zetel en sprak met luider stemme: Ik verklaar de spelen der 11e Olympiade van de tijdrekening te Berlijn voor geopend. De fakkel wordt overgegeven aan den laatsten looper in den langen keten, Fritz Schilgen, die in snelle ren de trappen afdaalt, langs de eeretribune snelt, de trappen van de Marathonpoort beklimt en terwijl het koor de Olympische hymne inzet het, Olympische vuur op de Marathontoren ontsteekt.’

Het feest van vreugde en verbinding kon beginnen. De Tweede Wereldoorlog was tenslotte nog ver weg.


Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door het Steunfonds Freelance Journalisten.

Waardeer deze site!

Onze content is gratis. Vond je het de moeite waard? Dan kun je dat laten blijken met een kleine financiële bijdrage.

Mijn gekozen waardering € -

Micha Peters
Bedenker en beheerder van Sportgeschiedenis.nl. Journalist en (sport)historicus.