NieuwVoetbal

Nu honderd jaar zijn de eerste voetbaluitslagen op de Nederlandse radio opnieuw te horen

Op 30 september 1923 werden voor de eerste keer de voetbaluitslagen voorgelezen op een Nederlandse radiozender. Het was in geheimtaal, alleen te begrijpen voor redacties met een abonnement. Precies honderd jaar later heeft Sportgeschiedenis deze code gekraakt!

Station

Een sportredactie die zo’n honderd jaar geleden snel wilde weten wat de voetbaluitslagen waren, moest aan het eind van de middag naar het belangrijkste station van de regio. Sportjournalist M.J. Adriani Engels beschreef hoe dat op een zondag ging, in zijn geval in de regio Noord-Nederland. ‘In het spoorwegkruispunt Groningen kreeg men de meeste bijzonderheden over de wedstrijden in de loop van de avond, als het Asser Achilles daar b.v. overstapte uit Winschoten, H.S.C. doorreisde uit Leeuwarden naar Hoogezand-Sappemeer, Be Quick aankwam uit Veendam enz. enz.’

Al die voetballers vertelden dan van hun eigen wedstrijd, maar wisten ook de andere uitslagen uit die regio. Die werden dan allemaal zo snel mogelijk verwerkt voor de krant van de volgende dag. Ook werden er meteen grote borden opgehangen bij de redactielokalen, met die uitslagen. Daar stonden de supporters allang te wachten als hun favoriete club die dag een uitwedstrijd moest spelen om zo snel mogelijk te weten of hun weekend al dan niet geslaagd was.

Zo kon het soms uren duren voordat eindelijk alle uitslagen bekend waren. Het leven van een voetballiefhebber van honderd jaar geleden verliep dus aanzienlijk trager dan nu.

De radiozender in het Beursgebouw zo’n honderd jaar geleden. Foto via het Stadsarchief Amsterdam

Vas Diaz

Het was voor dagbladen nogal een klus om dat allemaal snel te regelen, en vaak veel te duur. Het Amsterdamse persbureau Vaz Dias kwam met een plan, als voorloper van het huidige ANP. Precies honderd jaar geleden voerde het een experiment uit door alle uitslagen uit de Eerste Klasse, die bestond uit vijf regionale divisies, voor te lezen op een eigen radiozender, maar dan wel in codetaal. Alleen betalende abonnees wisten dan wat er werd gezegd, zodat ze lekker snel de goede uitslagen konden vermelden op die borden bij hun redactieruimtes. Dat kostte dan wel geld, maar was veel sneller en efficiënter dan voorheen.

Vas Diaz was niet de eerste die deze methode gebruikte, maar wel in het voetbal. De Vereniging voor de Effectenhandel was in 1920 de eerste, die met een zender de effectenkoersen doorgaf. Dat gebeurde via een Marconizender in het gebouw van de Amsterdamse Effectenbeurs. Die berichten waren eveneens in code, die alleen in het bezit waren van de abonnees. Andere luisteraars snapten er dus niets van.

Vas Diaz kwam zo op het idee om al het andere nieuws op deze manier te verspreiden, ook vanuit de Amsterdamse Beurs. In augustus dat jaar kreeg het inderdaad het recht van de Directeur-Generaal der Posterijen om dit te doen, waarmee op 21 februari 1922 werd begonnen.

Dit systeem werd nog nergens ter wereld toegepast, zodat internationale persbureaus naar Amsterdam kwamen om met eigen ogen te zien hoe Vas Diaz dat deed. Er viel tenslotte veel geld mee te verdienen, ook al verliep dat in het begin moeizaam. Er waren aanvankelijk maar weinig redacties die mee wilden doen, vooral vanwege de hoge prijs. Toch werd het al snel populair, zodat Vas Diaz in 1927 moest verhuizen naar een groter onderkomen. De nieuwe techniek sloeg aan.

Codeboek

Hoe ging dat dan precies met die geheime code? ‘De abonné’s ontvangen nu geregeld codeboeken die betrekking hebben op de afdelingen waarop zij geabonneerd zijn,’ legde tijdschrift De Jonge Wacht in 1935 uit. “Dit codeboek is zo veel als een geheimschrift! Bepaalde woorden worden met een andere naam genoemd, eveneens personen, steden en landen, zodat het voor een niet-geabonneerde moeilijk en dikwijls onmogelijk is de berichten buiten hun abonnement te ontraadselen!’

In het geval van de voetbaluitslagen werden gekke clubnamen genoemd als de Kikvorsen, die met 88-47 hadden gewonnen van de Olifanten. Ook werden er woorden gebruikt, die een mix waren van verschillende talen en voor buitenstaanders niet te begrijpen. De betalende sportredacties hadden zo een beslissende voorsprong op de concurrentie, die niet in staat waren om op de maandag het belangrijkste sportnieuws te plaatsen. Precies honderd jaar geleden was voetbal dus al belangrijk genoeg als inzet in de onderlinge mediaconcurrentie.

Adriani Engels hoefde vanaf 30 september 1923 nooit meer te wachten op een station, maar had alleen nog maar de radio en een codeboek nodig. Het voetbal zou nooit meer hetzelfde zijn, voor de journalisten dan.

Waardeer deze site!

Onze content is gratis. Vond je het de moeite waard? Dan kun je dat laten blijken met een kleine financiële bijdrage.

Mijn gekozen waardering € -

Jurryt van de Vooren
https://sportgeschiedenis.nl
Specialist in sporterfgoed. Al meer dan 25 jaar de enige Amsterdammer, die is afgestudeerd op Feyenoord.