Nederland kan de Olympische Winterspelen van 2026 organiseren
Negentig jaar geleden waren de Olympische Spelen in Amsterdam, de enige ooit in ons land. De Nederlandse sport droomt al jarenlang van een nieuwe kandidatuur, wat door een onverwachte gebeurtenis opeens heel concreet kan worden. En dan niet voor 2028, maar al voor 2026!
Schaatsen in het Olympisch Stadion. Foto via House of Sports
Op 17 mei verschijnt mijn boek over de Olympische Spelen van 1928 in Amsterdam, exact negentig jaar nadat die begonnen met een hockeywedstrijd tussen Nederland en Frankrijk.
De Winterspelen van 1928
Ik schrijf hierin onder meer over de Winterspelen van 1928, die aanvankelijk óók aan Nederland waren toegewezen. In die tijd was er namelijk een koppeling tussen de Zomer- en Winterspelen: in 1924 waren beide evenementen in Frankrijk, in 1932 in de Verenigde Staten en in 1936 in Duitsland. En zo was Nederland verantwoordelijk voor de Olympische Winterspelen van 1928, omdat Amsterdam dat jaar de gastheer van de Zomerspelen was.
Iedereen snapte natuurlijk dat er een probleem was vanwege het heersende tekort aan besneeuwde bergen in ons land. In 1928 hadden we niet eens een kunstijsbaan, zodat zelfs het schaatsen en ijshockey niet gegarandeerd waren. Toch wees het NOC de Nederlandse hockeybond aan om het ijshockey te organiseren. De schaatsbond kreeg de opdracht om het schaatsen, de ski-onderdelen en het bobsleetoernooi af te handelen.
De Winterspelen zouden alleen niet in Nederland zelf worden georganiseerd, want dat kon gewoon niet. Het NOC betrok daarom de Zwitsers erbij met het voorstel om het evenement in St. Moritz te houden, maar wel onder Nederlandse vlag. Deze constructie bleek veel te ingewikkeld en daarom stuurde het IOC in 1925 dit telegram de wereld in: ‘PRAAG, 29 Mei. De winterspelen der Olympiade in 1928 zullen in Zwitserland worden gehouden.’
De Winterspelen van 2026
Bijna honderd jaar later is de situatie precies andersom, want de Zwitsers overwegen nu om Nederland te betrekken bij de organisatie van de Winterspelen van 2026. Sion heeft een bid ingediend, maar wil dan wel het langebaanschaatsen in Nederland organiseren, zodat hiervoor geen nieuwe schaatshal hoeft te worden gebouwd.
Het plan is nog in een beginstadium, want eerst komt er een referendum in Zwitserland over deze kandidatuur, waarna het IOC er in 2019 een besluit over neemt. Dat neemt niet weg dat de olympische ambitie van de Nederlandse sport na jarenlang vergaderen opeens heel concreet wordt. Vanuit het niets ontstaat de mogelijkheid om voor de eerste keer in 98 jaar de Olympische Spelen te organiseren – althans een deel ervan. Het zou dan voor de eerste keer zijn dat de Winterspelen in twee verschillende landen worden georganiseerd.
Nog belangrijker is dat Nederland en Zwitserland zo een actieve bijdrage kunnen leveren aan de hervorming van de olympische beweging, door te laten zien dat het mogelijk is om de Winterspelen succesvol in twee landen te organiseren. Nederland moet dan wel meteen besluiten om het evenement geheel duurzaam te organiseren, aansluitend op het programma ‘Nederland Circulair in 2050’ over de overstap naar een circulaire economie. Sport dient zo een groter doel.
Haal de beste architecten erbij, zoals Thomas Rau die is gespecialiseerd in circulaire economie. Haal de beste bureaus voor maak- en bouwindustrie erbij, zoals Copper8. Haal de beste studenten van het Sports Engineering Institute van de TU Delft erbij, of van de Hogeschool van Amsterdam.
Maar nodig vooral de Zwitsers uit om meteen te beginnen. Het is tenslotte nog maar een maand geleden dat de Nederlandse Sportraad zei dat een megasportevenement de kracht van sport bij uitstek zichtbaar maakt. Dit is de kans om het concreet te maken.
Op 17 mei is het negentig jaar geleden dat de enige Olympische Spelen in Nederland begonnen. Wat mij betreft is 17 mei dan ook meteen de dag waarop we beginnen aan de volgende Olympische Spelen in Nederland.