Niet alleen de helden en de hoogtepunten zijn belangrijk in de sport, ook de drama’s en dieptepunten
Aan het eind van het coronajaar moet de sport op zoek naar een nieuwe vorm. Dat is wat anders dan het inhalen van alles wat we in 2020 hebben gemist.
Het was een jaar, zoals de Nederlandse sport nooit eerder had meegemaakt. Competities werden ontregeld, omdat elftallen soms nog maar drie gezonde voetballers konden opstellen. In november begon de tweede golf, die nóg verwoestender was. Steden als Almelo en Wageningen legden een voetbalverbod op. Door het hele land stierven jonge sporters: voetballers, atleten, worstelaars, zelfs een olympiër. De paardensport kwam tot stilstand, omdat de paarden nodig waren voor de vele begrafenissen.
De sombere voorspelling van Het Sportblad aan het begin van de pandemie was daarmee volkomen bewaarheid: ‘Deze ziekte kan nog een ernstige spelbreker worden bij volgende wedstrijden.’ En inderdaad zorgde de Spaanse griep ervoor dat de sport volkomen werd ontwricht. ‘Een sombere tijd voorwaar, dit einde van 1918,’ rouwde het tijdschrift Revue der Sporten.
Helden en hoogtepunten
Aan het einde van dit jaar doorstaat de internationale sport opnieuw een sombere tijd. Wereldwijd zijn er inmiddels 35 olympiërs overleden aan de gevolgen van corona, zo blijkt uit tellingen van de gezaghebbende website Olympedia.org. Voor de eerste keer in vredestijd zijn de Olympische Spelen uitgesteld. Voor de Paralympische Spelen is dat zelfs de eerste keer in hun bestaan. En voor de eerste keer sinds de Tweede Wereldoorlog is er in ons land een voetbalseizoen niet uitgespeeld.
De sportwereld is er alleen niet op ingesteld om uitvoerig stil te staan bij zulke tegenslagen. Na een dramatisch verlies stamelt elke voetballer tenslotte dat we deze wedstrijd zo snel mogelijk moeten vergeten. Sportieve terugblikken bestaan slechts uit lijstjes met helden en hoogtepunten. Volgens deze sportlogica moeten we het afgelopen jaar daarom zo snel mogelijk vergeten om in 2021 alles in te halen wat we in de afgelopen maanden hebben gemist. Dan komt alles weer goed.
Brood en wielen
Die ultrapositieve zienswijze hebben we meer gezien. In december 1939 publiceerden de Franse wielersportleiders de complete wedstrijdkalender van het volgende seizoen alsof er niet een paar maanden eerder een wereldoorlog was uitgebroken. Enkele evenementen werden verplaatst of geschrapt, maar voor de rest moest het Franse sportleven zoveel mogelijk worden afgehandeld alsof er niets was gebeurd. Ook de Tour de France van 1940 stond op het programma. Het volk wil tenslotte brood en wielen.
‘Frankrijk wil gewoon doen,’ vatte de Limburger Koerier mooi samen. En dat was misschien ook maar het beste, vervolgde de krant: ‘In ieder geval is het te prijzen in de leiding van den Franschen wielerbond, en niet minder in de organisators, dat zij onder de huidige omstandigheden zoo’n voortvarende houding demonstreeren.’
Een half jaar later kwam er maar weinig terecht van deze Franse ambities. De Tour de France werd zelfs pas in 1947 weer hervat, nog steeds de grootste onderbreking voor dit evenement.
Drama’s en dieptepunten
De ambitie van de sport van 1940 werd begrensd door een ontwrichte maatschappij, precies zoals dat tachtig jaar later opnieuw is gebeurd door corona. Het zijn namelijk niet alleen de helden en hoogtepunten, die de sportgeschiedenis sturen, maar ook de drama’s en dieptepunten. Sterker: juist tijdens de twee wereldoorlogen sloeg de olympische beweging tot twee keer toe een compleet nieuwe weg in. Zónder die oorlogen hadden de Olympische Spelen er nu heel anders uitgezien.
Direct na de Eerste Wereldoorlog werd de olympische vlag met de vijf ringen geïntroduceerd, ontworpen door Pierre de Coubertin, oprichter van het Internationaal Olympisch Comité. De eerste keer dat die werd gebruikt was op de Olympische Spelen van 1920 in Antwerpen. De vijf ringen symboliseren de wereldwijde verbondenheid van de sport, nog steeds de basisgedachte van dit sportevenement. Naties moeten elkaar op het sportveld bestrijden, aldus De Coubertin, en niet op het slagveld. Dit wereldberoemde symbool was het antwoord van de sport op het grote maatschappelijk probleem van honderd jaar geleden.
Direct na de Tweede Wereldoorlog werden sport en lichamelijke beweging gebruikt om patiënten met zware oorlogsverwondingen te begeleiden bij hun terugkeer in de maatschappij. Vooral vanuit het Engelse dorp Stoke Mandeville werd onder leiding van neuroloog Ludwig Guttmann de basis gelegd voor de gehandicaptensport en daarmee van de Paralympische Spelen. Dit baanbrekende werk was het antwoord van de sport op het grote maatschappelijk probleem van 75 jaar geleden.
Juist tijdens de grootste crises in de moderne geschiedenis gaf de sport zichzelf dus opnieuw vorm. Daarom mogen we dit coronajaar absoluut niet vergeten, maar moeten we actief op zoek naar weer een nieuwe vorm.
Sporten na een pandemie
In de zomer van 2020 verscheen een onderzoek van Bram Constandt en Annick Willem van de Universiteit Gent, die bij deze zoektocht kan helpen. Vanwege corona ging dit academische duo precies een eeuw terug in de tijd. ‘De Spelen van Antwerpen werden ook geconfronteerd met een crisis in de volksgezondheid,’ schreven Constandt en Willem, verwijzend naar de Spaanse griep. De deelnemersaantallen van toen waren natuurlijk aanzienlijk lager dan nu, maar dat neemt niet weg dat het IOC ook toen werd geconfronteerd met nieuwe problemen en vraagstukken.
Ook volgens Constandt en Willem was Antwerpen 1920 de herstart voor de olympische beweging met nieuwe ideeën en symbolen. In alle olympische toespraken en verklaringen werd daarom het maatschappelijke belang van sport benadrukt, voor de bevordering van vrede en als alternatief voor oorlog.
Precies honderd jaar later staat de olympische beweging voor een vergelijkbare krachttoer. ‘Een ingekrompen Tokio 2020, waarin de stem van de atleten en de gezondheid van alle betrokkenen op de voorgrond worden geplaatst, zou de olympische beweging een nieuw elan van internationale betekenis en relevantie kunnen geven.’
Het gaat dan niet over de Olympische Spelen alleen, maar ook over de Paralympische Spelen. Meer dan ooit heeft dit gehandicaptensportevenement een grote maatschappelijke waarde met wereldwijd miljoenen coronapatiënten, die hun leven weer moeten opbouwen. Sport en lichamelijke beweging kunnen hierin een belangrijke rol spelen, zoals dat 75 jaar ook is gebeurd in Stoke Mandeville.
De Olympische Spelen van 2021 zullen vast weer mooi worden met een hoop nieuwe helden en hoogtepunten, stuk voor stuk leuke verhaaltjes voor de liefhebber. De grootste maatschappelijke bijdrage van de sport van de komende jaren ligt toch echt bij de Paralympische Spelen en alle andere vormen van gehandicaptensport. Want daar ligt het antwoord van de sport op het grote maatschappelijk probleem van onze tijd.