Pim Mulier was in 1910 de eerste sporter met een koninklijke onderscheiding
Vlak voor Koningsdag regent het altijd lintjes. De eerste sporter met een koninklijke onderscheiding was Pim Mulier in 1910. Steeds meer sporters worden op deze manier onderscheiden, vooral in het tijdperk van koning Willem-Alexander.
Pim Mulier. Foto via de Beeldbank van het Noord-Hollands Archief
Grofweg zijn er twee manieren voor iemand in de sportwereld om een koninklijke onderscheiding te krijgen: tijdens de lintjesregen of door een buitengewone sportieve prestatie. Dat is niet altijd zo geweest.
Sportpionier Pim Mulier was in 1910 de eerste in de Nederlandse sport die werd gedecoreerd, in de jaren dat alleen sportbestuurders zo’n eerbetoon konden krijgen. Pas in 1949 was Fanny Blankers-Koen de eerste actieve sporter met een koninklijke onderscheiding. Zo werd in die tijd tenminste gezegd, maar al in 1912 kreeg C.H. Labouchere een lintje, toen nog actief in de paardensport. Hoe dan ook: ‘In háár werd de sport geëerd,’ aldus Het Vrije Volk over Blankers-Koen.
Exacte aantallen hebben we niet van sporters met een onderscheiding, maar na heel wat geploeter in archieven en wanhopige vragen op Twitter zijn er zo’n 300 tot 400 sporters verzameld met een lintje – officials en coaches meegeteld. Tegenwoordig zit er vrij weinig tijd tussen een opmerkelijke gouden medaille en een onderscheiding, maar dat is eigenlijk pas het geval sinds koning Willem-Alexander in 1998 lid werd van het Internationaal Olympisch Comité, toen nog als kroonprins.
Een goed voorbeeld voor het geduld dat een sporter vroeger nodig had, was Joop Zoetemelk. In 1968 werd hij olympisch kampioen, maar ontving pas in 1983 een koninklijke onderscheiding. Willem van Hanegem en Marco van Basten trouwens nog steeds.
De waterscheiding in deze sportieve lintjesregen ligt dus rond 1998, het jaar waarin Willem-Alexander plaatsnam in het IOC. In die kleine 25 jaar hebben ongeveer net zoveel mensen uit de sportwereld een koninklijke onderscheiding als in de voorgaande 88 jaar! Dat tegenwoordig álle spelers van een winnend team worden gedecoreerd, en niet meer alleen de aanvoerder, heeft daar zeker toe bijgedragen. Dat is dan ook de reden dat Van Basten en Van Hanegem niet zijn gedecoreerd: ze waren geen aanvoerder van Oranje.