Fred Carasso, beeldhouwer van het oorlogsmonument van de sport, maakte ook de plaquette voor Monne de Miranda
De Nationale Sportherdenking ging dit jaar over de oorlogsslachtoffers in de zwemsport. Daar werd gesproken over de bijzondere band tussen wethouder Monne de Miranda en beeldhouwer Fred Carasso.
Op het plein voor het Olympisch Stadion staat het beeld van Prometheus. Dit werk van Fred Carasso is het oorlogsmonument van de Nederlandse sport en werd in 1947 onthuld. Deze Italiaanse beeldhouwer was zelf slachtoffer van het fascisme geweest, omdat hij in 1934 als vluchteling voor Mussolini in Nederland arriveerde.
In opdracht van het Nederlands Olympisch Comité realiseerde hij binnen drie maanden dit beeld, dat verwijst naar de figuur uit de Griekse mythologie die het vuur stal van de goden om aan de mensen te geven. Het was een daad van verzet van Prometheus, waardoor de mensheid zich kon ontwikkelen, waarbij het vuur symbool staat voor vrijheid, kennis en onafhankelijkheid.
Carasso beschouwde Prometheus daarom als een moedig individu, dat in opstand kwam tegen het collectief, verwijzend naar de eenlingen die zich hadden verzet tegen de nationaalsocialistische moordmachine. Het vuur van Prometheus verwijst eveneens naar de Marathontoren, waar in 1928 voor de eerste keer het olympisch vuur werd ontstoken.
Sinds 2005 worden er bij dit beeld jaarlijks vijf kransen gelegd, als onderdeel van de Nationale Sportherdenking. Dit jaar gebeurde dat onder meer door Ruth Carasso, kleindochter van de beeldhouwer. Daarmee is het beeld van Prometheus inmiddels uitgegroeid tot het oorlogsmonument van de Nederlandse sport.
Monne de Miranda
Eén van de onderwerpen op deze Sportherdenking was het werk van Monne de Miranda, de Amsterdamse wethouder en sociaaldemocratische leider. Hij gebruikte in aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen van 1931 de verkiezingsleus Wilt gij baden, wilt gij zwemmen, dan moet gij De Miranda stemmen!
Daarbij werd hij gesteund door de duizenden leden van de NASB, de socialistische sportbond met de Amsterdamse zwemclub De Watervrienden als veruit de grootste. Een opvallende stunt was toen deze sporters massaal door de grachtengordel roeiden en de hele tijd die leus riepen.
In 1932 bracht De Miranda die oproep in de praktijk met de opening van het Amstelparkbad, waarover een zeer grote politieke strijd was gevoerd in Amsterdam. Tijdens de opening, natuurlijk door De Miranda zelf, schalde het opnieuw de hele middag door Amsterdam-Zuid: “Wilt gij baden, wilt gij zwemmen, dan moet gij De Miranda stemmen!”
De Miranda werd in 1942 vermoord in Kamp Amersfoort, waarna het bad in 1946 naar hem werd vernoemd – nog steeds. Speciaal hiervoor ontwierp Carasso een herdenkingsplaquette als eerbetoon voor de vermoorde wethouder, die in het zwembad werd bevestigd.
Sporthistoricus staat voor de plaquette
Gedeelde geschiedenissen
Daarmee hebben het beeld van Prometheus en de plaquette voor De Miranda een gedeelde geschiedenis. Ze hebben niet alleen dezelfde maker, maar zijn ook nog eens in hetzelfde jaar gemaakt! Op de plaquette vermeldde Carasso tenslotte duidelijk het jaartal 1947.
Kijk maar:
En bij deze gedeelde geschiedenissen bleef het niet, want beide kunstwerken van Carasso waren ook nog eens bijna verdwenen. Bij de renovatie van het Mirandabad begin jaren tachtig was de plaquette opeens kwijt, en werd pas na zeven jaar weer teruggevonden in de kelder van het gebouw. Het beeld van Prometheus was eind vorige eeuw bijna verwijderd tijdens de renovatie van het Olympisch Stadion, maar ook die werd ook nog net op tijd gered.
Tijdens de Nationale Sportherdenking van 2024 kwamen Fred Carasso en Monne de Miranda dan eindelijk weer bij elkaar – wéér een gedeelde geschiedenis.