NieuwZwemmen

Waar ooit Ada Kok en Erica Terpstra toptijden zwommen: Het Nieuwland in Dieren

Het Gelderse dorp Dieren had één van de mooiste buitenzwembaden in de openlucht met zelfs topwedstrijden. Toch moest het in 1988 dicht vanwege de bezuinigingen. 

Door de coronacrisis zit de Nederlandse sport in grote problemen. Delen van de sportieve infrastructuur worden bedreigd met het gevaar dat er opeens besluiten worden genomen met grote gevolgen voor de lange termijn. Een zwembad in Dieren dient als waarschuwing om eerst heel goed na te denken en dan pas te handelen.

Rivier en bos

Dieren ligt tussen rivier en bos, tussen IJssel en de Veluwezoom. Begin vorige eeuw lag het oude dorpscentrum bij het water, maar in de loop der jaren verschoof dit naar het noorden. De zwembaden bewogen mee.

Het eerste bad dreef namelijk in de IJssel en was van 1863 tot begin vorige eeuw in gebruik. In 1905 kwam hiervoor een openluchtbad in de plaats, vlakbij het voormalige drijvende bad. Tijdens de winter overstroomde dit altijd, zodat de badhokjes elk jaar opnieuw moeten worden afgebroken.

Ruim een halve eeuw geleden veranderde Dieren in een forensendorp met een sterke groei naar het noorden, richting het bos. Bos en heide werden in hoog tempo opgeofferd aan nieuwe wijken. In dit nieuwe gebied verrees een compleet sportpark, inclusief een modern zwembad. Het zwaartepunt van het dorp hard zich daarmee definitief verplaatst van de rivier naar het bos.

Deze ontwikkeling naar forensendorp werd versneld door de aanleg van nieuwe wegen, in dit geval de A12, die Arnhem en Velp eind jaren vijftig aansloot op het nationale netwerk van rijkswegen. Voor het nabijgelegen Dieren was dit zeer gunstig, aldus De Arnhemsche Courant van 23 juni 1959. Dat betekende niet alleen meer bewoners, maar ook interessante mogelijkheden voor recreatie, toerisme en sport.

Het college van B. en W. van de gemeente Rheden had daarom in 1956 een krediet verleend voor een sport- en recreatiecentrum. ‘Gedacht wordt aan een centrum, dat behalve de nodige sportvelden en een zwembad met toebehoren, ook een goed uitgerust vakantieoord zal omvatten. Aan een dergelijk centrum bestaat naar het oordeel van B. en W. te Dieren een grote behoefte, zowel voor de eigen inwoners als ten behoeve van de zeer vele toeristen, die hun vakantie in deze streek wensen door te brengen.’ Het nieuwe centrum met zwembad moest verrijzen aan de boszijde van het dorp, hoofdzakelijk op het perceel het Nieuwland.

De Nederlandse Heidemaatschappij maakte desgevraagd een zeer ambitieuze opzet met een motel, congreszaal, restaurant, een bungalowpark en een camping. Het sportdeel moest bestaan uit een zwembad, drie voetbalvelden, een korfbalveld en een tenniscomplex. ‘Het plan is zo opgesteld dat de beide delen van het centrum, sportpark en vakantiecentrum, bij het zwembad met restaurant en terras in elkaar grijpen. Uit de bij het plan behorende kostenberaming blijkt, dat de totale aanlegkosten worden begroot op 1.678.000 gulden.’ In onze tijd is dat vergelijkbaar met bijna zes miljoen euro.

Luchtfoto uit 1968

Hopen op een wereldrecord

Na enkele jaren van overleg was alleen het sportdeel overgebleven. Zo werd in 1962 dit plan voorgelegd aan de gemeenteraad om twee jaar later te worden opgeleverd, 25 hectare groot. Wim Breukink, voorzitter van de Vereniging Algemeen Belang Dieren én vader van wielrenner Erik, was er erg blij mee. ‘Dank zij het gemeentelijk enthousiasme groeide dit uit tot een van de best geoutilleerde sportparken in den lande.’

Het openluchtzwembad werd op 15 en 16 augustus 1964 geopend met een officiële interland tussen de Nederlandse en Italiaanse zwemmers. Zelfs de nationale televisie was erbij, voor het Gelderse dorp geen vanzelfsprekendheid. Er werd dan ook stiekem gehoopt op een nieuw wereldrecord bij de Nederlandse vrouwen op de 4 x 100 meter, onder meer met Ada Kok en Erica Terpstra.

Daar was helaas geen sprake van, omdat deze zwemsters net enkele dagen eerder hadden gehoord dat ze waren geselecteerd voor de Olympische Spelen in Tokio. “We lopen hier allemaal met pretgezichten rond”, gaf Terpstra eerlijk toe in de Telegraaf. Niemand had er daarom nog behoefte aan om zinloos de krachten te verspillen, waarmee de recordtijd bij lange na niet werd gehaald. Vooral Kok zwom nog met het feest van de voorgaande dagen in de benen, wat toch voldoende was voor de winst op de 100 meter vlinderslag. Terpstra eindigde als eerste op de 100 meter vrij. De mannenestafetteploeg boekte wel twee nationale records, waarmee het nieuwe zwembad van Dieren in de boeken werd opgenomen.

Erica Terpstra, Ada Kok, Klenie Bimolt en Ria van Velsen in 1964 in het Dierense zwembad

Bezuinigingen

Zo had Dieren tot 1988 de beschikking over een zeer goed zwembad, waar vooral de bewoners veel gebruik van maakten – onder wie de auteur van dit verhaal tijdens zijn jeugd. Er was echter weer een nieuwe wind opgestoken, merkte zowel het dorp als het zwembad. Vanaf de jaren zeventig groeide de populariteit van de recreatie bij open water, aangejaagd door de mode van het windsurfen. Veel bezoekers van Nieuwland gingen daarom liever naar Busloo of Giesbeek, de nabijgelegen plassen. Dat was nog gratis ook.

De gemeente Rheden voelde zo steeds meer de last van maar liefst drie zwembaden op haar grondgebied – naast Dieren ook in Rheden en Velp. In de moeilijke jaren tachtig met de vele bezuinigingsgolven sneuvelde in 1988 daarom het openluchtbad van Nieuwland.

Dit besluit past geheel in zijn tijd, maar dat neemt niet weg dat het dorp daarmee een belangrijke sportlocatie verloor – zoals zoveel plaatsen in ons land. Sinds 1988 is de maatschappelijke waarde van sport alleen maar toegenomen, wat het gemis nog groter maakt. De gemeentelijke begrotingen van dertig jaar geleden zijn er wellicht mee gered, maar wel ten koste van het welzijn op de lange termijn. Hopelijk maken we die fout nu niet opnieuw.

Waardeer deze site!

Onze content is gratis. Vond je het de moeite waard? Dan kun je dat laten blijken met een kleine financiële bijdrage.

Mijn gekozen waardering € -

Jurryt van de Vooren
https://sportgeschiedenis.nl
Specialist in sporterfgoed. Al meer dan 25 jaar de enige Amsterdammer, die is afgestudeerd op Feyenoord.