NieuwSchaatsen

Het bruggetje van Bartlehiem bestond al in 1747

Van het bekendste bruggetje van Friesland is opmerkelijk weinig bekend. En dat terwijl Bartlehiem ook op een hete zomerdag het gesprek van de dag kan zijn als Maarten van der Weijden weer eens langs komt zwemmen.

Bartlehiem is een vlek op de kaart met wat boerderijen en een brug. Toch weten we in Nederland dat dit gehucht het icoon van de Elfstedentocht is. Als een nieuwkomer bij zijn eerste inburgeringscursus zegt dat hij later rayonhoofd van Bartlehiem wil worden, is hij meteen geslaagd met een tweede paspoort erbij als cadeautje.

Bartlehiem is een begrip in Nederland, vooral het bruggetje. Desondanks is het opvallend hoe weinig er eigenlijk bekend is van de bekendste burg van Friesland. Wanneer is die gebouwd? Door wie? Zijn er daarna verbouwingen geweest? Zijn er bouwtekeningen of gemeentelijke besluiten?

We weten echt niets, alsof een Friese god de brug daar heeft neergelegd en daarover een tekst in het marmer hakte.

Dag 11. God liet het water samenklonteren. Het koude noemde Hij ijs, het warme noemde Hij modder. Voorts schiep God het bruggetje van Bartlehiem om de Elfstedentocht te kunnen rijden. En Hij sprak en zeide tegen de man en de vrouw: “Verplaatst u zich over het ijs zoals de gezalfde zich in een volgend deel over water verplaatst.” God keek naar alles wat Hij had gemaakt en sloeg een Elfstedenkruisje. Hij zag dat het zeer goed was.

Liber Fresia 11:11

Zo is het niet gegaan. Het bruggetje van Bartlehiem is namelijk door mensenhanden gemaakt.

De oudste prent

We weten niet wanneer het bruggetje van Bartlehiem is gebouwd, maar het is eeuwenoud. De oudste melding is een tekening van Pieter Idserds Portier in 1747, waarop het object inderdaad duidelijk herkenbaar is afgebeeld. De onderdoorgang is alleen minder groot dan nu, maar de vorm van toen lijkt op die van nu.

Afbeelding via Historisch Centrum Leeuwarden

Uit De Leeuwarder Courant van 29 mei 1855 is af te leiden dat er sindsdien veranderingen zijn geweest, want in een aankondiging van de gemeente Harlingen werd aangekondigd dat de brug werd verbreed. Ruim honderd jaar na de eerste schets van het bruggetje is het ook niet zo vreemd dat er wat rot in het hout was geslopen. De oerbrug van Bartlehiem is allang gesloopt, maar de vorm lijkt keer op keer te zijn gehandhaafd.

Dat de onderdoorgang is vergroot heeft ongetwijfeld te maken met het economische verkeer tussen Leeuwarden en de noordelijke regio, vooral met de stad Dokkum. Hoe groter de onderdoorgang, hoe groter de boten die kunnen passeren. En hoe groter de boten, hoe meer er tegelijkertijd via water kon worden vervoerd – onmisbaar in de tijd vóór de auto.

In 1923 was er opnieuw 300 gulden nodig voor herstel. ‘De toestand waarin deze brug verkeerde was bij onhoudbaar’, aldus De Leeuwarder Courant twee jaar later. ‘Thans is ze reeds afgebroken.’ De autoriteiten stelden daarop geld beschikbaar voor herstel, maar heel goed werk werd niet afgeleverd. In de zomer van 1939 vond er namelijk opnieuw groot herstel plaats om een einde te maken aan de bouwvalligheid.

Als er al een God geweest zou zijn om het bruggetje te scheppen was het dus niet voor de Elfstedentocht geweest, maar voor het persoonlijke en economische verkeer. Anders had Bartlehiem wel op de route gelegen op 2 januari 1909 tijdens de eerste officiële Elfstedentocht.

Om de Noord

De Elfstedenwinnaar Minne Hoekstra van 1909 sprak met geen woord over Bartlehiem, net als de media uit die tijd. Het buurtschap werd pas in 1912 voor de eerste keer opgenomen op de route en ook toen had het een onbelangrijke rol in de Elfstedencultuur. Niet vreemd, want de schaatsers reden in die tijd een andere route: niet zuidwaarts via Sneek, maar noordwaarts via Bartlehiem en Dokkum. Dat betekende dat Bartlehiem aan het begin lag en al vóór zonsopgang was gepasseerd.

Het bruggetje werd daarom pas belangrijk in 1933 toen de Elfstedentocht voor de eerste keer zuidwaarts werd gereden, in jargon Om de Zuid. In die variant arriveren de schaatsers pas in de middag en avond in Bartlehiem, waar dat bij de edities Om de Noord dus al vóór zonsopgang is gebeurd. Door het verleggen van de route kreeg Bartlehiem de rol die het nu heeft: wie dat bruggetje voor de tweede keer passeert weet dat die bijna in Leeuwarden is, het zogenaamde Bartlehiem-gevoel.

De verslaggever van Het Leeuwarder Nieuwsblad vatte dat mooi samen na zijn tocht van 1933: ‘Na Bartlehiem werd het beter. Ook zagen we toen in de verte het licht van de stad, waar overwinningsroes, rust en verzorging ons wachtten.’

Hij was daarmee de eerste die het Bartlehiem-gevoel verwoordde, simpelweg omdat dit daarvoor niet bestond. Wie tot en met 1929 Bartlehiem voor de tweede keer passeerde, had tenslotte nog een hele dag ploeteren in het vooruitzicht, niet bepaald een verlossend idee. Pas in 1933 werd Bartlehiem die bijzondere plek, zoals die in onze tijd nog steeds is.

Alleen in 1941 werd nog één keer Om de Noord gereden, waarmee de symbolische waarde van Bartlehiem voor die editie teniet werd gedaan. Het was een organisatorische blunder, want de Elfstedentocht trok toen zo’n 3000 deelnemers, een tienvoud in vergelijking met 1929, de laatste keer dat er Om de Noord was gereden.

Aan het begin van de route lagen de duizenden rijders nog vlak bij elkaar tussen Bartlehiem en Dokkum, waar in 1941 dan ook een groot aantal botsingen plaatsvond. De wedstrijdrijders reden al terug vanuit Dokkum, waar de toerrijders nog onderweg waren. Het leverde vreselijke ongelukken op. Dat was ook een Bartlehiem-gevoel, maar die was dan wel uiterst pijnlijk voor de schaatsers die erbij betrokken waren. De artsen in Franeker hadden er de handen vol aan, als het de deelnemers al was gelukt om die stad te bereiken met al hun verwondingen.

Daarom ligt Bartlehiem in onze tijd aan het einde van de Elfstedentocht en niet meer aan het begin. En daarom heeft dat bruggetje die iconische status. Daar heeft God niets mee te maken.

Waardeer deze site!

Onze content is gratis. Vond je het de moeite waard? Dan kun je dat laten blijken met een kleine financiële bijdrage.

Mijn gekozen waardering € -

Jurryt van de Vooren
https://sportgeschiedenis.nl
Specialist in sporterfgoed. Al meer dan 25 jaar de enige Amsterdammer, die is afgestudeerd op Feyenoord.