Precies 65 jaar geleden was er voor de laatste keer een NK schaatsen in Rotterdam
Op 4 en 5 februari 1956 was op de ijsbaan van Kralingen het NK allround. Sindsdien is dit evenement niet meer in Rotterdam gehouden. Het was ook de laatste keer dat dit toernooi afhankelijk was van een strenge winter.
De ijsbaan in Kralingen in de jaren 50
We vinden het de normaalste zaak van de wereld dat er elk jaar een NK allround wordt georganiseerd. Zelfs in coronatijd is dat gelukt. Tot begin jaren zestig was dat helemaal niet zo vanzelfsprekend, omdat er toen nog geen kunstijsbaan was. Als het niet hard genoeg vroor, was er ook geen nationaal kampioenschap. Pas sinds de opening in 1961 van de Jaap Eden Baan in Amsterdam is dit een jaarlijks evenement geworden.
Simpel gezegd: in de zestig jaar ná de opening van de Jaap Eden Baan is dit evenement zestig keer verreden. In de zestig jaar vóór de opening was dat maar negentien keer.
De beste schaatsers van het land uit die begintijd waren ’s winters daarom meestal in een koud buitenland om daar te trainen en wedstrijden te rijden. Pas als het in Nederland hard ging vriezen, kwamen ze zo snel mogelijk terug om in eigen land mee te doen aan wedstrijden.
Het vriezende weer
Halverwege de jaren vijftig was een goede tijd voor deze schaatsers, want in 1956 werd maar liefst voor de derde keer op rij een NK allround uitgeschreven. Begin februari 1956 kondigde zich vorst aan. ‘Indien het vriezende weer blijft aan houden worden zaterdag 4 en zondag 5 februari op de baan van de Kralingse ijsclub te Rotterdam de nationale schaatskampioenschappen gehouden,’ luidde de mededeling van de KNSB.
De beste schaatsers zaten toen allemaal in het buitenland op de Olympische Winterspelen, maar hun wedstrijden waren net geweest. Ze keerden daarom vliegensvlug terug naar huis voor dit NK. De Leidse Courant schreef op 4 februari dat zich 23 rijders hadden aangemeld. ‘Het is niet uitgesloten, dat meer rijders aan de start zullen verschijnen, aangezien na-inschrijving is toegestaan.’
Wim de Graaff op het NK allround van 1956
Regen
De omstandigheden tijdens het NK waren bijzonder zwaar en werden gedurende het weekend alleen maar slechter. Op de tweede dag regende het, ook bij de start van de afsluitende 10.000 meter. ‘Met sombere gezichten keken de rijders naar de baan,’ aldus het Leidsch Dagblad. ‘De loting wees uit dat Wim de Graaff en Reinier Paping als eerste paar bij de start zouden verschijnen. Allen waren het er over eens, dat het eerste paar er gunstiger voorstond.’
En dat klopte, want na de rit van De Graaff was het ijs zo slecht geworden dat iedereen kansloos was. ‘Toen verschenen Kees Broekman en Gerard Maarse aan de start. Serieus kon men deze rit niet opnemen. Beiden wilden zich voor de wereldkampioenschappen sparen. Voor beide rijders werd dezelfde tijd afgedrukt.’
Broekman en Maarse deden het zelfs zo rustig dat Polygoon er in het filmverslag een hatelijk muziekje onder plakte. En ook het publiek vond er niets aan: ‘Het grootste deel van de toeschouwers verdween: men had er kennelijk genoeg van.’ De laatste twee ritten werden helemaal niet meer gereden, zodat iedereen snel aan de jenever kon.
Rotterdam
Wat niemand zich toen realiseerde, was dat dit het laatste NK allround was geweest waarvoor natuurijs vereist was. In 1961 was de opening van de Jaap Eden Baan met de eerste kunstijsbaan van ons land, waarop altijd kon worden geschaatst. En in de jaren erna werden er door heel het land nog een hoop van zulke banen aangelegd, zodat de schaatsers nooit meer hoefden te wachten op een koude winter. En zo was Rotterdam precies 65 jaar geleden ook voor de laatste keer gastheer van het NK allround, omdat er in die stad geen kunstijsbaan is gebouwd.
Het kampioenschap van Wim de Graaff was dus heel speciaal, want hij was daarmee de laatste winnaar uit de oude tijd van vóór het kunstijs. Zoals het Leidsch Dagblad opmerkte: ‘Aan de lijst der historie der Nederlandse kampioenen in het hardrijden op de schaats zal de naam van Wim de Graaff worden toegevoegd. Maar over enkele jaren zal men zich wellicht niet meer herinneren onder welke omstandigheden hij de titel veroverde.’
De Graaff is op 12 januari overleden, 89 jaar oud, als de laatste kampioen van de beginjaren van het Nederlandse schaatsen.