Na de Schaakolympiade van 1939 bleven veel deelnemers in Argentinië achter als schaakvluchteling
Op 23 augustus 1939 begon in Argentinië de Schaakolympiade. Tijdens het evenement brak de Tweede Wereldoorlog uit in de landen van de meeste deelnemers. Sommige schakers keerden daarom nooit meer terug naar Europa.
Nico Cortlever was één van de Nederlandse deelnemers. Foto uit 1939
Schaken is nooit olympisch geweest en daarom organiseerde deze sport zelf olympiades. De achtste editie begon op 23 augustus 1939 in Argentinië, waarvoor de Europese deelnemers een bootreis van ruim een maand maakten. De Nederlandse delegatie bestond uit vijf mannen en één vrouw: Nico Cortlever, Adriaan D. de Groot, Theo van Scheltinga, Lodewijk Prins, Chris de Ronde en Catharina Roodzant.
Deze Schaakolympiade kende een uiterst interessant internationaal speelveld met deelnemers uit landen, die zo’n tienduizend kilometer verderop op het punt stonden elkaar de oorlog te verklaren. Nazi-Duitsland en zijn vazalstaat Bohemen-Moravië hadden deelnemers gestuurd, net als Polen en Engeland. En dan was Palestina er ook nog met vijf Joodse schakers.
Wie denkt dat sport verbroedert, kreeg geen gelijk, want de dag vóór de Duitse inval in Polen trokken de Engelsen zich als eerste terug, wat een gat in het speelschema opleverde. Op 3 september werd het nog veel ingewikkelder toen Polen en Frankrijk weigerden te spelen tegen Duitsland en Bohemen-Moravië, de landen waarmee ze sinds die dag officieel in oorlog waren. De organisatie boekte die wedstrijden snel weg als gelijkspel, waarna het toernooi werd voortgezet. Het moet een krankzinnige situatie zijn geweest voor deelnemers uit een land als Polen, die gedurende het toernooi hoorden over de Duitse inval in hun land, maar ondertussen wel hun wedstrijden speelden.
Schaakvluchtelingen
Na afloop keerde de Nederlandse ploeg terug naar het oorlogvoerende thuiscontinent – opnieuw een maand met de boot op de oceaan. Zeer gevaarlijk, want Duitsland lag op de loer om geallieerde schepen te torpederen, zeker tussen Londen en Antwerpen. Roodzant zat daarom dit laatste stuk van de route op een beschermd konvooi, waarmee ze in Antwerpen arriveerde, als einde van een internationaal schaakavontuur van zo’n vier maanden.
Chris de Ronde werd schaakvluchteling en bleef tot zijn dood in 1996 in Argentinië wonen. Hij was niet de enige, want er bleven in totaal zo’n 25 deelnemers achter, onder wie de vijf schakers uit Palestina. Van de Duitse ploeg keerde geen enkele deelnemer meer terug naar het thuisland.