Basketbal bondscoach Aron Roye vertelt over zijn sport in de Tweede Wereldoorlog
Tijdens de Sportherdenking van 2019 hadden we het over basketbal in de Tweede Wereldoorlog. Bondscoach Aron Royé sprak daar onderstaande tekst uit.
Tijdens de Nationale Sportherdenking was basketball – met het naderende WK 3×3 in Amsterdam – het centrale thema. Aron Royé stond op waardige wijze stil bij de historie van zijn sport pic.twitter.com/xRhooixsyn
— Jacob Bergsma (@JacobBergsma) May 4, 2019
In 1934 opende de Apollohal voor het eerst zijn deuren en werd kort daarna al snel het onderkomen van de Amsterdamse basketbalcompetitie. Deze prachtige basketbaltempel heeft iets magisch wanneer de zon door de honderden ramen naar binnen schijnt. De sporthal heeft maar liefst vier basketbalvelden op een oppervlakte van 3400 vierkante meter zonder een enkele pilaar. Toen ik als zesjarige jongen voor het eerst de Apollohal kwam binnenhuppelen ervoer ik deze magie en werd ik gelijk aangestoken met het basketbalvirus.
Maar weinig Amsterdamse basketballers zullen de geschiedenis van hun basketbalhal kennen. Ikzelf heb eigenlijk nooit eerder stilgestaan bij het feit dat in de oorlog de Apollohal ook voor andere doeleinden werd gebruikt. Dat door zijn omvang de Apollohal geschikt was voor massabijeenkomsten van de NSB en de communisten. En dat het basketbal in 1940 plaatsmaakte voor een schaatsbaan.
In de sport staat de tijd eigenlijk nooit stil en gaat het continu alleen over vooruitkijken, ontwikkeling en beter worden. Er wordt niet achteromgekeken naar het verleden, de blik is altijd op de horizon gericht, naar de volgende wedstrijd en naar de volgende uitdaging. Daarom is het mooi dat wij één keer per jaar wel even stilstaan in de sport, op 4 mei, om daarna weer verder te gaan.
Wat basketbal in mijn ogen zo’n mooie sport maakt is de toegankelijkheid. Overal ter wereld zijn basketbalpleintjes te vinden. Het is een gemengde sport waarbij het niet uitmaakt wat voor afkomst, kleur, politieke voorkeur of sociaaleconomische klasse je komt. Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen mensen en alle verschillen verdwijnen al helemaal zodra het spel begint. Voor mij staat basketbal voor verbinding, gelijkheid, samenwerken en saamhorigheid. Daarnaast vind ik basketbal gewoon heel erg leuk!
Door 3 tegen 3-basketbal heb ik het voorrecht gehad om veel verschillenden mensen te ontmoeten, verschillende landen te bezoeken en verschillende culturen te zien. Allemaal mensen die dezelfde interesse delen en doel hebben als ik. Mensen die met veel passie en strijd de kleuren van hun land vertegenwoordigen. Maar ook mensen die na het laatste fluitsignaal elkaar met respect behandelen en elkaar de hand schudden. Dit maakt basketbal voor mij zo ontzettend waardevol.
In juni zijn wij het gastland voor het WK 3 tegen 3 basketbal. Dit lijkt mij een uitgelezen mogelijkheid om ons van onze beste kant te laten zien, gastvrij te zijn en de normen en waarden van deze mooie sport uit te dragen.
Wat ik persoonlijk misschien wel het meest bijzonder vind aan basketbal en sport in het algemeen, is dat het voor ontspanning zorgt. Ik vind het heerlijk om te bewegen, achter een bal aan te rennen, plezier te maken, even de werkelijkheid ontvluchten en aan niks anders denken. Er is toch niks mooiers dan het geluid van een basketbal die zonder de ring te raken door het netje zoeft. Ik kan mij voorstellen dat mensen in tijden van oorlog ook naar ontspanning verlangden. Dat zij ook even de akelige werkelijkheid wilden ontvluchten. Dat blijkt ook wel uit het feit dat de eerste basketbalwedstrijden alweer twee weken na de bevrijding werden gespeeld.
Kijkend naar het eerste Amsterdamse basketbalteam uit 1945 en alle mensen die zich in die tijd hebben ingezet voor het Nederlandse basketbal, ben ik mij ervan bewust dat zonder hun inzet en dappere strijd, basketbal zich heel anders had ontwikkeld en ik hier zeer waarschijnlijk nu niet had gestaan. Daar ben ik hun eeuwig dankbaar voor.