De eerste cricketwedstrijd tussen Nederlandse en Engelse spelers was in 1881 in Den Haag
Het Nederlands cricketteam speelde afgelopen week in Amstelveen drie eendaagse wedstrijden tegen Engeland. Bijna anderhalve eeuw geleden was er voor het eerst een wedstrijd tussen een Nederlands en Engels team. Zowel de score als de reacties daarop doen aan die van deze week denken.
Nederlandse jongeren spelen 26-27 augustus 1881 tegen de Uxbridge Cricket Club op het Malieveld in Den Haag. Gravure van Charles Rochussen via het Haags Gemeentearchief
Door Jan Luitzen en Wim Zonneveld
De wedstrijden van afgelopen week hebben nogal wat publiciteit gekregen, vooral in Engeland. In de eerste wedstrijd op vrijdag 17 juni scoorden de Engelse profs een wereldrecord voor een One Day International, van 498 runs tegen 266. De achterliggende geschiedenis is ook heel boeiend.
Het begint bij de Romijnen
Cricket is in de tweede helft van de negentiende eeuw de eerste in Nederland beoefende Engelse veldsport, met als vroegste clubs Utile Dulci uit 1875 in Deventer en de Haagsche Cricket Club van 1878. In beide gevallen is een lid van hetzelfde gezin de initiatiefnemer. Vader Pieter Romijn (1815-1901), een geboren Rotterdammer, heeft lang als koopman en Nederlands consul in de Noord-Engelse havenstad Stockton-on-Tees bij Newcastle verbleven, is in 1869 teruggekeerd en heeft zich gevestigd in Den Haag, waar hij scholieren van de plaatselijke H.B.S. stimuleert de Haagsche Cricket Club op te richten. En zijn in Engeland geboren zoon John Richard Dickson Romijn (1856-1937) verblijft in 1875-1876 op het gymnasium in Deventer en staat daar aan de basis van U.D.
De opkomst van het cricket in Nederland dringt rond 1880 door in Engeland. De Nieuwe Rotterdamsche Courant van 15 mei 1881 publiceert een advertentie waarin ‘[a]n English team of cricketers, consisting of eleven gentlemen players’ het idee voorlegt van ‘playing a friendly game of cricket’ tegen ‘22 gentlemen, residing in Holland except professional cricketers’, liefst in Rotterdam of Den Haag.
H.C.C. neemt de handschoen op en betrekt U.D. en andere Nederlandse cricketenthousiaste jongelui, uit Haarlem en de kostschool Noorthey in Veur, in het plan. Zo staat op vrijdag 26 en zaterdag 27 augustus 1881 op het Malieveld in Den Haag een combinatieteam van jonge Nederlandse cricketers in de wei tegen de Engelse Uxbridge Cricket Club, opgericht al in 1789 in Uxbridge even ten westen van Londen. Het is niet het eerste het beste gezelschapje: de club heeft in zijn roemrijke geschiedenis een aantal gerenommeerde spelers voortgebracht.
Herman Gorter
Onder de nieuwsgierige ogen van zo’n 700 toeschouwers wordt er twee dagen lang gecricket op het Malieveld. Althans door de Engelsen, want ‒ zoals Pim Mulier het beschrijft in zijn boek Cricket van 1897 ‒ de Nederlanders komen nauwelijks aan spelen toe door het ‘alloverpowering’ bowlen van de tegenstander. De 22 spelers van het Nederlandse team scoren in hun eerste innings 14 runs, terwijl 11 Engelsen 95 runs bij elkaar slaan. De volgende dag voegen de laatste twee Engelsen er nog 12 runs aan toe en de Nederlanders in hun tweede innings ‒ iets beter – 33 runs. Eindstand 47 tegen 107. De 16-jarige Herman Gorter, dichter in de dop en fervent cricketer, scoort twee nullen.
De Engelse gasten blijven beleefd en laten in de Uxbridge Gazette van 2 september optekenen dat: ‘The Hollanders, however, accepted defeat in a proper spirit, and from all we hear their hospitality knew no bounds.’ Maar ze beseffen ook dat het treffen natuurlijk niet kon doorgaan voor een serieuze ‘international match’. Het Nederlandse totaal was toch wel ‘ridiculously small’, dit te meer daar Uxbridge lang niet zijn sterkste team had gestuurd: wat er in Den Haag was aangetreden, zeggen ze, zou in deze samenstelling in Engeland nooit de club hebben kunnen vertegenwoordigen.
Pim Mulier, die als 16-jarige met wat Haarlemse middelbareschoolvrienden de wedstrijd had bijgewoond, beschouwt in het boek Cricket de ontmoeting toch als uiterst leerzaam: ‘Zeer groot is de uitwerking van dezen wedstrijd geweest, want men zag toen in, hoe enorm veel nog aan onze kennis van het spel ontbrak.’ Cricket wordt daarna in Nederland snel populair, mede door de propagandistische waarde die uitgaat van de wedstrijd op het Malieveld. Overal ontstaan clubs en clubjes, informeel en formeel, tijdelijk of gestructureerd.
Op 30 september 1883 wordt in Utrecht de Nederlandsche Cricket Bond opgericht. Voorzitter wordt de 19-jarige H.C.C.’er Frans Netscher, die twee jaar eerder een van de betere Nederlandse spelers van het Malieveld was (0 not out & 4 runs) en later als sporter-publicist een zeer prominente figuur in de Nederlandse en internationale sportwereld wordt.
Een Muliertje
De wedstrijd van 17 juni in Amstelveen werd gespeeld in het kader van de World Cup Super League, een competitie die landen voor het aanstaande WK moet uitselecteren. Nederland heeft begin juni drie maal verloren van de West-Indies en nu drie maal van Engeland. Geïnterviewd door het Algemeen Dagblad direct na de afstraffing tegen de Engelsen, doet de Nederlandse captain Pieter Seelaar in feite een Pim Muliertje: ‘We hebben onszelf in de steek gelaten. Maar we moeten het beschouwen als een leermoment, dit zal betere cricketers van ons maken in de toekomst.’
Eind augustus volgen nog wedstrijden tegen Pakistan.