Tafeltennisser Cor de Buy was de eerste topsporter die ook de verkiezingen won
Op 11 november 2011 overleed Cor du Buy, de beste mannelijke tafeltennisser die Nederland ooit heeft gehad. Hij won niet alleen wedstrijden, maar ook de verkiezingen. In 1958 was hij de eerste sporter, die namens een sportpartij plaatsnam in een gemeenteraad.
Cor du Buy als gemeenteraadslid
De sportieve loopbaan van Cor du Buy begon in de tweede helft van de jaren dertig. Hij voetbalde toen bij het Amsterdamse A.F.C., waar ook een tafeltennistafel stond. “En dat leek me wel een leuk spel.” Door deze overstap veranderde hij voor altijd de tafeltennissport.
Op 17 december 1936 stond in dagblad Het Vaderland een verslag van een stedenwedstrijd tussen Amsterdam en Den Haag, waaraan Du Buy meedeed. Het was één van de eerste keren dat zijn naam als sporter in de krant stond, als het begin van een lange en indrukwekkende carrière. Hij was toen nog maar vijftien jaar oud.
In de laatste jaren voor de oorlog speelde Du Buy veel nationale en internationale wedstrijden, zoals in januari 1938 in Londen op het WK Tafeltennis. In 1937 behaalde hij zijn eerste nationale titel.
Oorlog
De Tweede Wereldoorlog had een grote invloed op zijn leven – ook in sportieve zin. Veel van zijn joodse vrienden waren tafeltennisser en ineens mocht Du Buy niet meer tegen ze spelen. Op 22 februari 1941 belandde hij zelfs in de razzia’s, die leidden tot de Februaristaking.
“Op een gegeven moment hoorden we buiten lawaai, mensen schreeuwen,” zei Du Buy in 2007 tegen Trouw. “We staken onze koppen uit het raam. Er stonden Duitse militairen bij groepjes mensen.” Zijn vriend Ab Scholte werd opgepakt en afgevoerd. Een maand later werd hij vermoord in Buchenwald.
In 1941 weigerde Du Buy mee te doen aan het Nederlands kampioenschap, omdat Joodse spelers waren uitgesloten. “De tien beste spelers van Nederland waren bij elkaar gekomen. We spraken af: we doen niet mee. Dat was geen gemakkelijke beslissing. Ik was in die jaren zo goed, ik was op mijn sloffen kampioen geworden.” In 1942 en 1943 keerde hij terug op het NK. Eind 1943 dook hij onder, om na de Bevrijding de bal weer op te pakken.
In maart 1956 maakte Du Buy bekend te stoppen als wedstrijdsporter. Het was niet minder dan het einde van een tijdperk, waarin hij negen nationale titels won en vijftien keer de NTTB Coupe, de strijd van de beste tien Nederlandse tafeltennissers. Het Dagblad voor Amersfoort schreef op 8 april 1960: “Zelden zal een sportcrack op zulk een staat van dienst kunnen bogen als onze oud-Nederlandse kampioen.”
Allemaal mooi gezegd, maar lang niet zo treffend als Du Buy zelf eens zei: “Als u mij vraagt of ik veel talent had, dan ben ik te beleefd om dat te ontkennen.”
Demonstratiewedstrijden
Du Buy gaf legendarische demonstratiewedstrijden. Hij reisde het hele land door, samen met andere spelers, om zijn sport te promoten. Heel speciaal waren de demonstraties, die hij gaf aan militairen. Du Buy nam dan plaats in een stoel en daagde iemand in de zaal uit om het tegen hem op te nemen. Vanaf zijn stoel liet hij die ander dan alle hoeken van de zaal zien, zoals Polygoon in 1957 vastlegde in een filmpje.
“Ik won dan met 21-2 of 21-3.” Overigens had hij makkelijk met 21-0 kunnen winnen maar daarvoor was Du Buy te sportief. Hij zorgde hierdoor voor een enorme belangstelling voor het tafeltennis. In 1955 vatte hij treffend zijn invloed samen in het VARA-radioprogramma De Week Draait Voorbij. “In 1937 had de tafeltennisbond nog geen 2000 leden, nu is dat ongeveer 14.000.”
Het merk Du Buy
Cor du Buy is de eerste Nederlandse sporter geweest, die zichzelf als merk heeft neergezet. Hij was pas achttien jaar toen hij begon met een zaak in tafeltennisartikelen: N.V. Cor du Buy. Al voor de Tweede Wereldoorlog vermerkte Du Buy zichzelf dus als sporter!
Het bedrijf, waar zijn broer Jaap de grote man was, groeide uit tot een miljoenenconcern en werd een begrip onder tafeltennissers. Bettine Vriesekoop bijvoorbeeld kreeg als elfjarig meisje voor Sinterklaas materiaal van dit merk – het begin van haar lange carrière.
Het merk Cruijff
Cor du Buy werkte ook voor Puma en kwam in die hoedanigheid in aanraking met Johan Cruijff. In 1967 legde de moeder van de voetballer per contract vast dat hij bij uitwedstrijden en trainingen met Puma-schoenen zou spelen, maar Cruijff kwam hier al snel op terug. De schoen paste hem niet goed, zei Cruijff op last van de arts van Ajax, en legde daarom het contract naast zich neer. De rechter bepaalde daarop dat hij 250 gulden moest betalen voor elke keer dat hij andere schoenen droeg. Aangezien hij dat 98 keer had gedaan, kostte het Cruijff in totaal 24.500 gulden. Du Buy zelf had zelf zitten turven om tot dit aantal te komen.
Na veel gerechtelijk gedoe besloten Cruijff en Du Buy dat er een speciale schoen zou worden ontwikkeld, die de naam Cruyff zou krijgen. “Ik ben blij, dat we nu toch tot overeenstemming zijn gekomen”, aldus de voetballer in 1969. En misschien ook wel terecht, want het merk ‘Cruijff’ begon dankzij Du Buy aan een opmars.
De eerste sporter in een gemeenteraad
En dan was Du Buy ook nog de eerste, die namens een Sportpartij plaatsnam in een gemeenteraad. In 1958 verwierf hij die zetel in Amsterdam namens het Sociaal Verbond en Sportbelangen, dat precies 10.438 stemmen had gekregen.
Hij was niet de enige bekende sporter bij deze partij, want op de vierde plaats stond Jan Derksen, meervoudig wereldkampioen baanrennen. “Cor du Buy heeft me eens gevraagd of ik er iets voor voelde op te komen voor de belangen van sportbeoefenaren in zijn partij. Dat wilde ik wel, want de sport ligt in ons land in een hoek en moet verdedigd worden. Maar een politicus hen ik echt niet hoor.” Hij kreeg 600 voorkeurstemmen.
Sport was meteen ook het enige aandachtspunt van deze partij, benadrukte partijsecretaris J. ten Brink. “We hebben geen winterwielerbaan, geen kunstijsbaan en er zijn te weinig sportzalen, renbanen en sportterreinen. Het Amsterdamse verenigingsleven komt in de verdrukking door de zalennood. Klaverjasclubs zijn louter aangewezen op cafés.”
Dat deze partij werd opgericht, had dus alles te maken met frustratie door een tekort aan stedelijk sportbeleid. Du Buy bemoeide zich daarom alleen maar met de spaarzame debatten over sport, maar de rest van de tijd keek hij wat voor zich uit. Na twee jaar was hij er wel klaar mee en vertrok voor een zakelijk avontuur naar Australië. Zijn zetel gaf hij door aan Ten Brink.
Ondanks zijn geringe inbreng had hij Du Buy wel indruk gemaakt in de Amsterdamse politiek. ‘De meeste raadsleden betreuren het dat Cor du Buy deze week uit hun gezelschap gaat verdwijnen,’ schreef De Volkskrant. ‘Hij was een prettige, bescheiden collega die – zeker als het over sport ging – een deskundig woordje wist te spreken. Hij is een man met gevoel voor humor.’
Dankzij hem had de sport in de Amsterdamse raad aanzien gekregen. Het is aannemelijk dat alleen al zijn aanwezigheid ertoe had geleid dat Amsterdam precies in deze raadsperiode besloot tot de aanleg van de Jaap Edenbaan, wat toevallig erg hoog op de lijst stond van aandachtspunten van het Sociaal Verbond en Sportbelangen. En zo zorgde de beste tafeltennisser van ons land voor de eerste kunstijsbaan van ons land.
Du Buy is in 2011 overleden.