Amsterdams spreekkoor uit 1960: “Bommen op Rotterdam”
Een deel van de Ajax-aanhang zong in Heerenveen dat er bommen op Rotterdam moeten vallen. De oudste melding van dit spreekkoor is al uit 1960.
DWS/A tegen Feyenoord op 20 november 1960. Foto Wim van Rossem via het Nationaal Archief
Ajax-coach John Heitinga was niet te spreken over de spreekkoren, die hij ongetwijfeld nog kende uit zijn eigen tijd als speler. Het onafhankelijke supportersblad De Ajax Ster plaatste tenslotte op 1 juni 1997 voor de eerste keer de tekst van de yell Bommen op Rotterdam, samen met nog een aantal weerzinwekkende teksten over Feyenoord. In diezelfde tijd werden er in Rotterdam antisemitische leuzen geschreeuwd over Ajax.
Volgens het Nieuwsblad van het Noorden van 16 maart 1995 was Bommen op Rotterdam toen al enkele jaren populair onder de Amsterdamse aanhang. En het gaat zelfs nog veel verder terug, blijkt na onderzoek van deze website.
Abe Lenstra
Ruim zestig jaar geleden had Het Vrije Volk de rubriek ‘Zeg Abe!’, waarin Abe Lenstra wekelijks antwoord gaf op een voetbalvraag van een lezer, wat hij op 3 december 1960 deed voor M. Kruithof van de Dordtselaan in Rotterdam. ‘Met m’n vrouw, zoon en a.s. schoondochter ben ik zelf eens naar de wedstrijd van Feijenoord tegen DWS/A in Amsterdam gegaan,’ zo schreef hij. En dat was allemaal niet zo plezierig geweest.
Na de rust scoorde Feyenoord, waarna het thuispubliek vervelende dingen riep. ‘Er werd zelfs geschreeuwd, dat ze in de oorlog nog meer bommen op Rotterdam hadden moeten gooien. Sportief, vindt u niet? Droevig genoeg begroetten de mede-toeschouwers van de dader (een jongeman van 25 á 30 jaar) uitlatingen in deze geest met gelach en gejubel.’ Kruithof verliet het stadion en wilde daarna nooit meer naar een uitwedstrijd in Amsterdam.
Lenstra snapte een deel van de woede van de brievenschrijver. ‘Indien meneer Kruithof de schuldige ter plaatse een flink pak slaag zou hebben gegeven had hij van mij gelijk gekregen.’
Voor de rest vond Lenstra dat het allemaal wel meeviel. ‘Als ik in de hoofdstad ben laten ze me heus niet met rust. Ik erger me er echter niet aan. Ik heb er alleen maar plezier in, want die Mokumers kunnen het zo fijntjes zeggen en — och — ze bedoelen het zo goed. En dan dit: vergeet niet, dat de Rotterdammers er ook mee terecht kunnen.’
En dus stelde de voetballer voor om er samen zand over te gooien. Heitinga denkt daar inmiddels anders over: “Er moet wederzijds respect zijn.”
