Argentijnse dictatuur bewerkte Nederlandse pers tijdens het WK voetbal van 1978
Een voormalige medewerker van de CIA heeft in opdracht van de organisatoren van het WK voetbal in Qatar geheime acties uitgevoerd om kritiek op het evenement te smoren. Precies hetzelfde deed de Argentijnse dictator Videla in aanloop naar het wereldkampioenschap van 1978.
Freek de Jonge en Bram Vermeulen bij een demonstratie tegen het WK voetbal in Argentinië. Foto Hans Peters via het Nationaal Archief
De voormalige voorzitter van de Duitse voetbalbond Theo Zwanziger is jarenlang bespioneerd in opdracht van de organisatoren van het WK voetbal in Qatar, zo maakte AP News afgelopen week bekend. Eerder was al uitgelekt dat de voormalige CIA-medewerker Kevin Chalker hiervoor was ingehuurd. Met deze geheime operatie moesten de grootste tegengeluiden tegen dit voetbalevenement zoveel mogelijk worden gesmoord. Het zou zomaar kunnen dat Qatar zich heeft laten inspireren door de Argentijnse dictator Videla, want die deed een kleine halve eeuw geleden precies hetzelfde.
Propagandabedrijf
Het WK voetbal van 1978 in Argentinië was de grootste politieke propagandastunt bij een sportevenement sinds de Olympische Spelen van 1936 in Berlijn. Met de organisatie van dit evenement hoopte het Zuid-Amerikaanse land positiever in het nieuws te komen. Sinds de machtsgreep van Videla in 1976 was daar namelijk geen sprake meer van.
Om dit te realiseren trok het regime-Videla al twee jaar vóór het WK in het geheim het Amerikaanse propagandabedrijf Burson-Marsteller aan voor een bedrag van vijftig miljoen gulden, in onze tijd vergelijkbaar met ongeveer 65 miljoen euro. Burson-Marsteller was toen al berucht, met het Nigeriaanse regime als één van de opdrachtgevers. Dit regime pleegde eindjaren zestig genocide in de Republiek Biafra. Later volgden nog opdrachtgevers als de communistische dictatuur van Roemenië en het bedrijf Union Carbide, verantwoordelijk voor de giframp in Bhopal in India van 1984 met 15.000 doden.
Imago
Pas in december 1977 bleek dat de Amerikanen waren ingehuurd door Videla nadat een intern rapport over het WK voetbal was uitgelekt en vrijgegeven door Amnesty International. Daarin legde Burson-Marsteller uit hoe het sportevenement gebruikt kon worden om negatief nieuws over Argentinië te manipuleren, onder meer door de aandacht te verleggen naar de successen in de landbouw, nota bene de politieke verantwoordelijkheid van Jorge Zorreguieta, de vader van koningin Máxima.
In dat rapport stonden verder de namen van de belangrijkste mediabedrijven ter wereld met hun meest vooraanstaande journalisten, die tot dat moment vooral negatief schreven over de Argentijnse dictatuur. Die moesten daarom allemaal een week naar Argentinië komen voor de opening van de persruimte en een zorgvuldig geplande reis door het land, natuurlijk zonder gebruik van het woord “mensenrechten”. Er werden “attractieve jongedames” geselecteerd, “ware vertegenwoordigers van de gezonde jeugd van Argentinië”, die de journalisten persoonlijk zouden begeleiden.
De journalisten moesten ook in hun eigen land worden benaderd door vertegenwoordigers van het Argentijnse regime, zo meldde het hoofdkantoor van Amnesty International in Londen op 20 januari 1978 naar aanleiding van dit uitgelekte rapport. In Nederland ging het dan om NRC Handelsblad, Elsevier, de Haagse Post en het verdwenen tijdschrift Accent. ‘Rekening houdend met de meest vooraanstaande leden van het vak,’ aldus Burson-Marsteller, ‘zijn we bezig met het opzetten van een systeem van infiltratie bij de toonaangevende kranten en tijdschriften.’
Als vanzelfsprekend kwam hier weinig meer van terecht toen dit rapport was uitgelekt. Integendeel, het zorgde er juist voor dat er een wereldwijde oproep kwam voor acties tégen dit wereldkampioenschap, juist omdat de Argentijnse dictatuur de sport wilde misbruiken voor eigen politiek gewin. Het was dus niet Amnesty Internationaal die sport en politiek niet van elkaar kon scheiden, verklaarde de organisatie, maar het Argentijnse regime zelf, en daarmee ook de FIFA.
Het Amerikaanse propagandabedrijf bestaat trouwens nog steeds onder de naam Burson, Cohn & Wolfe. Het Nederlandse filiaal zit in Den Haag, letterlijk in de schaduw van het Binnenhof.