AtletiekNieuwVoetbal

Wil van Beveren gaf atletiektrainingen aan de voetballers van Ajax

Voetballers moeten beter leren bewegen, vindt voormalig atleet Errol Esajas. Wil van Beveren – vader van Jan – probeerde dat tachtig jaar geleden ook al eens bij Ajax.

Wil van Beveren (links) en Tinus Osendarp in 1938 bij een atletiekwedstrijd in de Kuip. Afbeelding via Europeana

Het grootste euvel onder de huidige profvoetballers is een hamstringblessure. Errol Esajas zegt in het AD dat dit vooral heeft te maken met de manier waarop de voetballers bewegen. Hij wil ze daarom leren hoe zij hun lichaam moeten gebruiken bij het lopen en wenden.

Vlugheid en lenigheid

Atleten roepen al veel langer dat hun sport een bijdrage kan leveren aan het voetbal. Zo werd in 1917 bij Ajax een speciale atletiekcommissie opgericht met trainer Jack Reynolds en de latere clubvoorzitter M.J. Koolhaas als toonaangevende leden. Een jaar later sloot Ajax zich zelfs aan bij de Noord-Hollandsche Athletiekbond. Voetballers konden namelijk veel profijt trekken van atletiek, preekten de voorstanders met zekere regelmaat in het clubblad. ‘Vlugheid, lenigheid, doorzicht en kalmte zijn factoren, die bij voetbal groot gewicht in de schaal werpen. En geen sport, die deze hoedanigheden dermate aankweekt en ontwikkelt als de veelzijdige athletiek.’

In die tijd deed Ajax daarom regelmatig mee aan een atletiekwedstrijden en soms nog met succes ook. Toenmalig sterspeler Jan de Natris bijvoorbeeld was razendsnel en won de 100 meter in 11,4 seconden, een tijd waarmee hij moeiteloos had mee kunnen draaien in de vaderlandse top.

Wil van Beveren

De wijze woorden van de voorstanders van atletiek sloegen alleen niet echt aan bij de Ajacieden. Eigenlijk liep het nooit echt storm bij de athletiek-commissie. Het werd pas echt serieus toen Ajax in 1940 aan Wil van Beveren vroeg of hij de atletiektrainingen wilde verzorgen. Van Beveren behoorde toen tot de wereldtop, onder meer door tijdens de Olympische Spelen van 1936 de finale op de 200 meter te lopen. De atleet stemde met het verzoek in. ”Ik ben ervan overtuigd dat het wat kan worden,” zei hij zelfverzekerd tegen Het Nieuws van den Dag. “In elk geval begin ik met een man of vijftig.”

Van Beveren gaf zijn lessen niet alleen op het veld, maar sprak de Ajacieden ook via het clubblad toe. Een voetballer moest aan atletiek doen, benadrukte hij keer op keer. ‘Wanneer hij daarbij voor oogen houdt zijn training systematisch en met verstand van zaken op te bouwen, geeft hem dat niet alleen voldoening, maar dient tevens tot heil van zijn gezondheid en gesterkt door de athletiekbeoefening in den zomer, zal hij het volgende voetbalseizoen met vertrouwen tegemoet kunnen gaan.’

In augustus 1941 werden in het Ajax-stadion serieuze atletiekwedstrijden gehouden met maar liefst 250 Nederlandse deelnemers, waaronder de nationale toppers. Fanny Blankers-Koen was erbij, Chris Berger, Tinus Osendarp, natuurlijk Wil van Beveren en als uitsmijter een nog piepjonge Rinus Michels, die meedeed aan de speciale pupillenwedstrijden. Het clubblad die maand was voor meer dan de helft gevuld met atletieknieuws! De Ajacieden zullen er wat verbaasd doorheen hebben gebladerd.

Van Beveren bleef tot 1944 betrokken bij Ajax. Zijn zoon Jan werd later de beste doelman, die nooit meedeed aan een WK-finale.

Waardeer deze site!

Onze content is gratis. Vond je het de moeite waard? Dan kun je dat laten blijken met een kleine financiële bijdrage.

Mijn gekozen waardering € -

Jurryt van de Vooren
https://sportgeschiedenis.nl
Specialist in sporterfgoed. Al meer dan 25 jaar de enige Amsterdammer, die is afgestudeerd op Feyenoord.