De eerste bekerfinale in het Nederlandse voetbal was in 1899
Voor de eerste keer sinds 1960 is er geen finale van de KNVB-beker. We kijken daarom terug naar 1899 toen de de eerste bekerfinale werd gespeeld. Gratis artikel, maar een bijdrage is welkom – onderaan deze pagina.
RAP in 1899. Boven vlnr: De Bruyn, Schröder, Rincker, Lieftinck. Tweede rij: Potter, Hisgen, Van der Linde. Onder: Kampschreur, Moreau, Elias, Zweerts
Het is zestig jaar geleden dat er voor de laatste keer geen bekercompetitie werd gespeeld. De KNVB besloot daartoe vlak voor aanvang van het seizoen 1959/1960, ‘aangezien de laatste jaren de beker-competities niet aan de verwachtingen hebben voldaan’, zo meldde het bestuur. Het leverde dus ook geen finale op, net zoals dit weekend.
De eerste finale
Op 7 mei 1899 speelden HVV uit Den Haag en RAP uit Amsterdam de eerste bekerfinale in het Nederlandse voetbal. Na een eerste mislukt seizoen bekervoetbal in 1894 werd er eindelijk een jaargang afgerond. Want problemen met bekervoetbal waren er niet alleen in 1960, maar eigenlijk al vanaf het begin. Zoals Het Sportblad schreef: ‘Wat de boer niet kent, dat eet hij niet! Een echt Hollandsch gezegde, volkomen van toepassing op het meerendeel der clubs en de bekerwedstrijden. Het overgroote deel wilde er dit eerste jaar niet aan en van degenen, die zich opgaven, trok ongeveer de helft zich om de een of andere reden terug.’
Holdertbeker
Die eerste finale ging tussen de twee beste teams van die tijd: de heersend landskampioen uit Amsterdam en de grote club uit Den Haag. De wedstrijd zou eigenlijk in Utrecht worden gespeeld, maar werd op het laatste moment verplaatst naar Heemstede, ‘een omstandigheid die natuurlijk hoogst nadeelig gewerkt heeft.’ De cup was vernoemd naar Hak Holdert, de Amsterdamse krantenmagnaat.
Het weer zat niet mee: ‘Een vrij hinderlijke wind blies diagonaal over het veld.’ RAP opende na vijf minuten de score. ‘De Amsterdamschgezinde longen — ze waren verreweg in de minderheid — konden een vreugdekreet uitstooten.’ Scheidsrechter Dijxhoorn had echter buitenspel geconstateerd en keurde de treffer af. Tot aan de rust bleef het 0 – 0.
Ook in de tweede helft werd er niet gescoord. ‘Daar er overeengekomen is te spelen tot er een beslissing is, komt het reglementaire half uur, met om de 7,5 minuut verwisseling van doel.’ Er was dus niet een verlening van twee helften, maar van vier kwarten! Vlak voor het einde van deze toegevoegde dertig minuten trof Jan Hisgen het Haagse doel. De eerste bekerfinale werd zo gewonnen door RAP.
De Telegraaf
‘Mooi spel werd er niet vertoond,’ oordeelde Het Sportblad. ‘Het was te veel van de trap-maar-weg-orde.’ Het maakte de winnaars niets uit, die uit handen van Holdert zelf de beker ontvingen, die naar hem was vernoemd.
Bonusfeitje: Gerard ‘Kick’ Schröder kreeg als aanvoerder van RAP deze Holdertbeker uit handen van Holdert. In 1902 kocht Holdert De Telegraaf om deze progressief-liberale krant om te bouwen tot een populair en succesvol dagblad. De eerste hoofdredacteur onder dit nieuwe bewind was Schröder…
Hisgen, de maker van het eerste doelpunt ooit in een Nederlandse bekerfinale, heeft een eigen straatnaam in Amsterdam-Noord: het J.H. Hisgenpad.
