NieuwVoetbal

De oudste foto van het Nederlandse zaalvoetbal werd in 1953 gemaakt in Arnhem

Nederland doet mee aan het WK futsal. De eerste meldingen van zaalvoetbal in Nederland zijn uit de jaren 50. De oudste foto is uit 1953. 

Doelman John de Bos van Vitesse in 1953 in actie als zaalvoetballer. Deze historische foto stond 14 februari 1953 in de Arnhemsche Courant

Zaalvoetbal werd begin jaren 50 bekend in Nederland via Scandinavië, waar voetbal in de buitenlucht volkomen stil lag in de wintermaanden. ‘Zaalvoetbal (wij kennen de spelregels nog niet) is een sport, die in Zweden binnenkort de primeur zal beleven,’ schreef Sportkroniek op 18 februari 1952. ‘In de Koninklijke tennishal van Stockholm zal dit jaar de interlandwedstrijd zaalvoetbal tussen Zweden en Denemarken gespeeld worden. De datum zal waarschijnlijk in de 2e helft van Maart komen te liggen’.

Daarvoor waren natuurlijk wel sporthallen nodig, een typisch verschijnsel van de naoorlogse periode. ‘Er is een merkwaardige trek van de sport naar binnen,’ benoemde De Lichamelijke Opvoeding op 21 augustus 1954 deze internationale trend, als vakblad van de gymleraren. ‘Toen de sport haar intrede deed op het continent, was een der sterke propaganda-punten: de buitenlucht. Amerika, met zijn geweldige stadsbebouwing, kwam met typische zaalsporten als volleyball en basketball, hoewel die later (gelukkig) ook voor een deel naar de openlucht verhuisden.

Naderhand gingen eveneens typische veldsporten naar de sporthall. Ik denk aan handbal. Vorig jaar werd micro-korfbal in Den Haag ontdekt. Nog niet lang geleden maakte ik gewag van zaalvoetbal in Scandinavië. Nu gaat men er al over denken, of het volledige voetbalspel niet naar een overdekte oefenplaats kan worden overgebracht.’

Vooral die laatste voorspelling was ambitieus, omdat Nederland in die tijd nog niet was begonnen met de aanleg van sporthallen. Integendeel zelfs, want tijdens de wederopbouw werden sportlocaties vaak juist opgeofferd om ruimte te maken voor huizen, wegen en fabrieken. Er was daarom een serieuze crisis in de sportfaciliteiten, waardoor er niet ook nog eens wat zaalvoetballers konden worden gehuisvest.

Straatvoetbal in de zaal

Het was daarom een eenmalig gebeuren toen op 13 en 14 februari 1953 in de hoofdzaal van het Arnhemse theater Musis Sacrum een indoortoernooi werd georganiseerd voor straatvoetballers. Normaal werd dat buiten gehouden, maar voor deze ene keer was de opbrengst voor het Nationaal Rampenfonds om geld en middelen in te zamelen na de Watersnoodramp. ‘Voetbal in een zaal is geen alledaags werk,’ vatte de Arnhemsche Courant samen in het wedstrijdverslag, ‘ook niet voor deze knapen.’

Er deden acht ploegen mee: Arsenal, Ons Huis, Dynamo’s, Leger des Heils Voetbal Vereniging, Inter ’t Vuur, Geitenkamp, D.W.S. en De Velpse Leeuwen. Elk team bestond uit zeven spelers, die speelden op hun kousen of gymschoenen. ‘Waarschijnlijk voelden niet alle spelers zich even op hun gemak in de zaal.’

Vitesse-keeper John de Bos haalde extra geld op bij strafschoppenseries, waarvoor iedereen werd uitgedaagd om hem te passeren in het kleine zaalvoetbaldoel. Vooraf betaalde de deelnemer één gulden, die in het Rampenfonds werd gestort als De Bos de strafschop keerde. Als er wél werd gescoord, kreeg de deelnemer die gulden weer terug. Bijna niemand wist de penalty te benutten, wat uiteindelijk vijftig gulden opleverde. Ook de echtgenote van De Bos waagde een poging, maar tevergeefs.

De Arnhemsche Courant plaatste zelfs een foto van De Bos in actie. Heel fijn, want dit is dan meteen de oudste foto van zaalvoetbal in Nederland.

Uiteindelijk won Geitenkamp de finale met 4-2 van Arsenal. Het beste nieuws van de dag was dat er in totaal 175 gulden was opgehaald voor het Rampenfonds.

Haagse Sportweek

Dit Arnhemse toernooi is de oudste melding van zaalvoetbal in Nederland, maar daarbij hoort wel de nuance dat straatvoetballers bij hoge uitzondering speelden met een dak boven hun hoofd. Veel spelers hadden hiervoor niet eens schoenen, zodat ze maar op hun sokken speelden.

Er waren verder geen aangepaste spelregels, wat in 1956 wél voor de eerste keer gebeurde bij zaalvoetbalwedstrijden in de HOKIJ-hal tijdens de Haagse Sportweek. Het veld was omstreeks vijftig meter lang en dertig meter breed. De balustrade van de ijshockeybaan werd gebruikt als omheining. Boven het veld was gaas gespannen, zodat de bal voortdurend in het spel was. Er werd twee keer zes minuten gespeeld.

Het doelgebied bestond uit een halve cirkel met een straal van omstreeks vijf meter, waar alleen de keeper mocht komen. De ploegen bestonden uit vier veldspelers en de doelman. Buitenspel was niet mogelijk en er waren geen corners. De bal mocht niet hoger worden gespeeld dan de schouders.

Het evenement was bedacht door HBS-voorzitter Klaas van Rijswijk en bondscoach Max Merkel. Zelfs het ANP besteedde er aandacht aan met een bericht in het radiojournaal van 12 juni 1956. Om acht uur ’s ochtends werd voorgelezen dat er in Den Haag de avond daarvoor ‘voor het eerst in ons land’ zaalvoetbal was gespeeld.

Er was veel publiek geweest, wat ook niet zo gek is als we de weten dat er beroemde voetballers waren opgesteld bij de vier deelnemende teams. ‘Zo zag ik bijna het gehele elftal van Feijenoord,’ schreef Herman Kuiphof in zijn column in Sportkroniek. Ook waren er spelers van ADO en zelfs het Nederlands elftal. De internationale scheidsrechters Koos van Gelder en Leo Horn hadden de leiding in handen.

Normaal werd er ijshockey gespeeld in de HOKIJ-hal. Sjoukje Dijkstra en Joan Haanappel hadden daar hun trainingen. Foto via het Nationaal Archief

Abe Lenstra

Op die kleine velden was tactiek en overzicht veel belangrijker dan woeste trappen naar voren. Kuiphof: ‘Een pass, die een half metertje te kort is of te veel naar links of rechts, belandt ongetwijfeld bij een tegenstander. Nauwkeurigheid is eerste eis en slechts gave techniek en zeer goed spelinzicht kunnen openingen veroorzaken in een zo dicht-bezet veld als bij zaalvoetbal aanwezig.’

Het was dan ook Abe Lenstra, die zich hier het meest prettig bij voelde en daarom excelleerde. Zijn team won daarom uiteindelijk het eerste zaalvoetbaltoernooi in Nederland.

Waardeer deze site!

Onze content is gratis. Vond je het de moeite waard? Dan kun je dat laten blijken met een kleine financiële bijdrage.

Mijn gekozen waardering € -

Jurryt van de Vooren
https://sportgeschiedenis.nl
Specialist in sporterfgoed. Al meer dan 25 jaar de enige Amsterdammer, die is afgestudeerd op Feyenoord.