De politie pakte in 1935 tientallen demonstranten op bij Nederland – Duitsland, omdat zij Adolf Hitler hadden beledigd
Op 17 februari 1935 speelde het Nederlands elftal een thuiswedstrijd tegen Duitsland. Binnen werd de Muskgroet Hitlergroet gebracht. Buiten werden tientallen demonstranten opgepakt.
De machtsgreep van Adolf Hitler in Duitsland in 1933 zette de internationale sport in vuur en vlam, zelfs het keurige hockey. Dat werd op 14 mei 1933 duidelijk in het Olympisch Stadion bij een thuiswedstrijd van de Nederlandse hockeymannen tegen Duitsland, waarbij vooral het verplichte gebruik van de Hitlergroet door Duitse sporters vooraf veel verzet opriep.
Door deze samenloop van omstandigheden lag er meteen een zware politieke druk op deze wedstrijd met oproepen tot boycot en protest. Deze discussies kwamen in een stroomversnelling nadat de Duitse Tennisbond net in diezelfde tijd niet-ariërs en marxisten had uitgesloten van bestuurlijke functies. ‘Wat betreft het lidmaatschap van dezulken, verwacht het bestuur binnenkort een algemeene regeling,’ zo verklaarde de Duitse organisatie. Met andere woorden: ook de ledenbestanden van alle Duitse tennisclubs zouden snel worden gezuiverd op politieke en maatschappelijke correctheid.
Deze wedstrijd is geen sport-evenement, maar een nationale ophitsing en propaganda voor de Nazi’s en de N.S.B.
Oproep tot geweld
In aanloop naar de hockeyinterland was er een groep Nederlanders, die vond dat deze uitsluitingen een interne zaak was voor de Duitsers: ‘Op zich zelf hebben we niet het recht ons te verzetten.’
Hun tegenstanders zeiden juist dat deze zuivering een voorbode was voor de Olympische Spelen van 1936 in Berlijn, die daarom beter in een ander land konden worden gehouden. ‘Gaat er niet heen!’, riep het socialistische dagblad Het Volk op in aanloop naar de hockeyinterland. Politieke gebeurtenissen speelden opeens een grote rol in de Nederlandse sport.
Sommige Joodse tegenstanders van de hockeyinterland wilden de hockeywedstrijd zelfs met geweld tegenhouden, waarop de opperrabijn een zeer dringende oproep deed om dat niet te doen. De politie nam voor de zekerheid toch extra maatregelen om de orde te handhaven, maar het bleef uiteindelijk rustig onder de zesduizend toeschouwers, óók tijdens het brengen van de Hitlergroet door de Duitsers bij begin en einde van de wedstrijd.
Het Nederlandse en het Duitse elftal op 17 februari 1935 voor aanvang van de wedstrijd. Foto via het Nationaal Archief
Nuchter en kalm
Op 17 februari 1935 speelde het Nederlands voetbalelftal in datzelfde Olympisch Stadion een wedstrijd tegen Duitsland. De KNVB probeerde vooraf de scherpste politieke randjes te verwijderen, zo blijkt uit het wedstrijdverslag van De Tijd. De officiële Duitse vlag met het hakenkruis wapperde niet op de grote vlaggenstandaard, want in plaats daarvan hing er een groen exemplaar, samen met die van de KNVB. De beruchte hakenkruisvlag was er alleen in een kleine versie, ‘zoodat dit deel van het probleem op heel nuchtere en kalme wijze tot oplossing was gebracht,’ zo schreef tijdschrift Revue der Sporten.
De Duitsers waren ook nog eens zo vriendelijk om geen bombastische shirts te dragen, maar een eenvoudig wit tricot. Ze betraden het veld en brachten meteen de Hitlergroet, zoals voorgeschreven door het eigen land. In het stadion zelf was er voor de rest geen wanklank te horen, mede omdat de Nederlandse spelers tijdens de plechtigheid vooraf hun armen strak tegen het lichaam hielden.
Nog nooit hebben we zooveel dienaren van den H. Hermandad in onze nationale sportarena bijeen gezien
Pamfletten
Buiten het Olympisch Stadion gebeurde er van alles na een oproep van De Strijdbond tegen Fascisme. ‘Morgen, Zondag, zal het Stadion in dienst gesteld worden van een nationaal chauvinistische propaganda! Deze wedstrijd is geen sport-evenement, maar een nationale ophitsing en propaganda voor de Nazi’s en de N.S.B.’ Volgens de demonstranten hadden zich inmiddels 75 KNVB-verenigingen aangesloten bij het protest ‘tegen deze fascistische propaganda’.
Antifascistische demonstranten van de Revolutionair Socialistische Partij, de Onafhankelijke Socialistische Partij en het Plaatselijk Arbeiders Secretariaat hadden pamfletten gedrukt. De politie was hiervan op de hoogte en nam tijdens een inval vóór de wedstrijd enkele duizenden exemplaren in beslag. Toch werd dit materiaal massaal uitgedeeld bij het stadion, waarmee duidelijk werd dat niet alles op één plek was bewaard.
Het was een heel slim pamflet, omdat dit aan de buitenkant leek op het officiële programmaboekje. Mensen namen dit argeloos mee het stadion in, om pas daar te zien dat er aan de binnenzijde protestteksten tegen nazi-Duitsland waren afgedrukt. Tijdens de wedstrijd zelf werden ook nog ballonnen opgelaten boven het stadion, waaraan doeken waren bevestigd met antifascistische teksten.
In het stadion zelf wemelde het van de politie. ‘Nog nooit hebben we zooveel dienaren van den H. Hermandad in onze nationale sportarena bijeen gezien,’ merkte Twentsch dagblad Tubantia op. ‘Ze stonden overal: bij alle ingangen en bij alle afdeelingen. De bedoeling van die maatregelen was duidelijk: men wilde eventueele ongeregeldheden en betoogingen tegen het nationaalsocialistische Duitschland voorkomen.’
Er werden die dag 26 mensen opgepakt vanwege het beledigen van Adolf Hitler als bevriend staatshoofd van Nederland. En wat was er dan zo beledigend voor de nazi’s? Oordeel zelf.
De voor- en achterkant van het pamflet, via het IISG
En de binnenkant
Wanordelijkheid in West
Ook elders in de stad was er onrust. In Amsterdam-West hield een rijwielagent een man aan, die de pamfletten op straat verkocht. ‘Toen de agent zijn arrestant vast had,’ aldus De Haagsche Courant, ‘kreeg hij plotseling een stomp in zijn rug, waardoor het jongmensch zich wist te bevrijden en op de treeplank sprong van een op dat oogenblik voorbijrijdende auto van een snorder. De auto reed met den vluchteling weg, doch na 20 minuten was de chauffeur, dank zij het onmiddellijk ter hand genomen onderzoek der politie, aangehouden. Hij is wegens medeplichtigheid aan de ontvluchting van den arrestant opgesloten. In de Bilderdijkstraat heeft de politie verder moeten optreden tegen een aantal communisten, dat wanordelijkheid trachtte te ontketenen.’
Over de Hitlergroet werd daarna weinig geklaagd. De Nieuwe Vlaardingsche Courant was een uitzondering met een ingezonden brief van P.C. Wiekart. ‘Als ooggetuige van den voetbalwedstrijd Nederland—Duitschland, is het mij opgevallen, dat de politiek in de voetbalsport in Duitschland ook een woordje meespreekt, wat tot uiting kwam bij het spelen van het Duitsche volkslied, waarbij de spelers de hand schuin omhoog staken, bij teeken van fascistische groet, en bij het Duitsche publiek door het gekrijsch van „Heil Hitler”. Daar sport mijns inziens buiten politiek staat nam ik de vrijheid dit schrijven aan u te richten.’
Ook het staatkundig gereformeerd De Banier had grote problemen met de wedstrijd, maar niet vanwege de Hitlergroet. ‘De overheid bezorgt zichzelf de moeilijkheden die uit dergelijk revolutionair gedoe kunnen voortvloeien. Waarom laat zij dit massale ontheiligen van den dag des Heeren toe? Waarom steunt zij de sportverdwazing? Heeft Amsterdam niet een Antirevolutionaire burgemeester?’
De toss bij Nederland – Duitsland, via het Nationaal Archief
Radiovlerken
En dan was er in Nederlands-Indië nog gedoe tijdens deze wedstrijd, omdat eigenaren van radio’s zo aardig meenden te zijn om het geluid van het rechtstreekse verslag vanuit Amsterdam zo hard mogelijk te zetten. Dan kon de hele buurt meeluisteren, maar daar was niet iedereen blij mee, zo schreef Het Bataviaasch Dagblad over deze zogenaamde radiovlerken. ‘In verband daarmede vroeg men ons van vele kanten, wanneer nu toch eindelijk de gemeenteverordening tegen het radio- en grammofoonlawaai, waaraan men reeds jaren geleden begonnen is, in werking treedt.’
Nederland verloor met 2-3 door een zeer dubieus buitenspeldoelpunt van de Duitsers. En dat zorgde uiteindelijk voor veel meer discussie in de pers dan de Hitlergroet.