De sportieve banden tussen Amsterdam en Liverpool begonnen al in 1944
Ajax en Liverpool spelen morgen tegen elkaar in de Champions League. De sportieve banden tussen Amsterdam en Liverpool begonnen al in de Tweede Wereldoorlog als gezamenlijk vredesproject.
De deelnemers aan de scholierenuitwisseling tussen Amsterdam en Liverpool van 1969 worden ontvangen op het stadhuis van Amsterdam. Foto Rob Mieremet via het Nationaal Archief
Bij de wedstrijden tussen Ajax en Liverpool denken we meteen aan 1966. Op 7 december 1966 vaagden de Amsterdammers hun tegenstanders van het veld met 5-1, tijdens de legendarische Mistwedstrijd in het Olympisch Stadion. Het is ruim een halve eeuw later nog steeds de enige keer dat Liverpool werd verslagen door een Nederlandse ploeg in een Europees toernooi.
Sportieve stedenband
De sportieve banden tussen Amsterdam en Liverpool gaan echter verder terug, naar de Tweede Wereldoorlog toen ongeveer veertig Engelse steden een Nederlandse stad adopteerden. Het idee was om elkaar beter te leren kennen via sportieve en culturele jongerenuitwisselingen, als basis voor het naoorlogse herstel. Liverpool koos voor Amsterdam, wat de betreffende stad op dat moment zelf niet wist, omdat het nog bezet was. Het officiële verzoek aan Amsterdam werd daarom pas verstuurd in mei 1945. ‘Zoo zou, volgens de plannen, Liverpool met Amsterdam in verbinding treden,’ aldus De Nieuwe Dag op 11 juni 1945. ’In verschillende gevallen, voornamelijk in bevrijd gebied, is daaromtrent reeds overeenstemming bereikt.’
De Amsterdamse sportjournalist Albert Milhado was de grondlegger van dit idee. Tijdens de Tweede Wereldoorlog speelde hij in Londen een centrale rol onder de Nederlandse ballingen, onder wie ook koningin Wilhelmina en de Nederlandse regering. De oorlog zelf eiste natuurlijk de meeste aandacht op, maar ondertussen werd er ook nagedacht over de toekomst van ons land ná de bevrijding. Volgens Milhado was daarvoor een samenwerkingsverband tussen Nederland en Groot-Brittannië essentieel. ‘Engelschen en Nederlanders zullen elkaar in de toekomst veel beter dienen te begrijpen,’ schreef hij op 23 september 1944 in Vrij Nederland, het tijdschrift van de Nederlandse kolonie, niet te verwarren met het huidige opinieblad.
Daarbij moest de sport een belangrijke rol vervullen, om zoveel mogelijk jongeren te bereiken. En daarvoor waren die internationale uitwisselingen nodig, waarbij Milhado erin slaagde om tientallen Engelse en Nederlandse steden te koppelen. In het ene geval bloedde dat redelijk snel dood, zoals bij Maastricht en Woolwich na slechts één wedstrijd tussen MVV en de Engelsen. Andere samenwerkingsverbanden, zoals Leiden/Oxford en Arnhem/Croydon, bestaan in 2020 nog steeds.
Niet fietsen
Het samenwerkingsverband tussen Amsterdam en Liverpool heeft ongeveer een kwart eeuw bestaan en was daarmee succesvol. Bij deze jaarlijkse uitwisselingen waren per keer tientallen scholieren betrokken, die altijd logeerden bij hun leeftijdgenoten thuis om elkaar beter te leren kennen. Het werd allemaal georganiseerd door het Comité Amsterdam— Liverpool.
In maart 1951 bijvoorbeeld arriveerde zo’n groep scholieren uit Liverpool, die officieel op het stadhuis werd ontvangen. In hun programma stonden niet alleen sportwedstrijden, maar waren er ook bezoeken aan fabrieken, scholen, culturele instellingen en het Engelse kerkhof in Arnhem voor een kranslegging. De oorlog speelde natuurlijk altijd een rol, want die had tenslotte gezorgd voor die internationale uitwisselingen.
Op die manier leerden de jongeren hoe het leven van hun leeftijdgenoten er in een ander land uitzag, in de tijd dat het nog helemaal niet zo vanzelfsprekend was dat iemand de hele wereld over kon reizen. Er gebeurde zo van alles tijdens die uitwisselingen, op één ding na. Want hoe dan ook moest voorkomen worden dat de Engelse bezoekers een stuk door Amsterdam gingen fietsen, want dat was veel te gevaarlijk, zo waarschuwden de organisatoren.