Een voetbalopera op het Holland Festival
Het Holland Festival heeft dit jaar zijn 75e editie. In 1970 werd daar een voetbalopera opgevoerd.
Johan Cruijff mocht niet meedoen. Foto Joost Evers via Nationaal Archief
Peter Terson schreef in 1967 de eerste voetbalopera ter wereld, een jaar na het WK voetbal van 1966 in Engeland, gewonnen door het thuisland. In diezelfde tijd had de Engelse rechtbank de handen vol aan voetbalsupporters, die zich moesten verantwoorden voor geweld in en om de stadions. Terson bracht dat bij elkaar in het theaterstuk Zigger-Zagger.
Deze productie trok ook in Nederland de aandacht. ‘De voetbalrage heeft nu ook het Engelse toneel bereikt’, schreef Haye Thomas in De Tijd op 24 augustus 1967. ‘Op zichzelf mag het verbazing wekken, dat de uitvinder van het magische spel met de voeten er niet eerder toe zijn gekomen. Hoe vaak immers niet heeft men zich uitgesloofd om de Britse literatuur te voorzien van rijke stukken over jagen en het zo gebenedijde cricket bijvoorbeeld. Maar aan voetbal, de meest populaire onder de sporten, is men nooit toegekomen.’
Zigger-Zagger werd in Londen gespeeld door The National Youth Theatre. ‘Daarop wordt geschreeuwd, gestompt, geslagen en met flessen gegooid,’ vervolgde De Tijd, ‘als een wilde, zeer rumoerige omlijsting voor het verhaal van een vijftienjarige jongen, die door zijn passie voor de club zijner dromen, maatschappelijk ten onder dreigt te gaan.’ Er deden meer dan honderd acteurs mee aan dit massa-spektakel.
De hoofdpersoon zig-zagde tussen goed en kwaad, tussen de goede engelen uit zijn burgerlijke leven en de boze engelen op de tribune van The City. ‘Het is geen nieuw gegeven dat Peter Terson behandelt,’ oordeelt het dagblad, ‘maar het is onverminderd actueel, juist nu in deze dagen de rebellie der voetbalvlegels weer hoogtij viert en vooral ook in Engeland weer week-in week-uit deze vlegels voor de rechter verschijnen.’
Holland Festival
De voetbalopera maakte daarna een reis over de wereld en kwam in 1970 in Nederland als onderdeel van het Holland Festival. ‘Uitbundig theater-engagement,’ aldus de organisatoren, ‘dit muzikale spel dat de hedendaagse maatschappij becommentarieert in de vorm van soms nogal ruw toegaande voetbalmatch.’
De Nederlandse reacties waren uiterst wisselend. De recensent van Trouw had het zwaar gehad. ‘De voetbal-opera — zo wordt het ding wel genoemd — van Peter Terson, die twee jaar geleden voor het eerst ten doop werd gehouden en sindsdien als een daverende voltreffer van het Youth Theatre repertoire bleef houden, is ten dieptste een stukje statisch volkstoneel in een originele en unieke vorm gerealiseerd. Nu ben je op die vorm na vijf minuten volledig uitgekeken. En dan duren wat mij betreft de aansluitende twee en een half uur verschrikkelijk lang, wanneer er geen wezenlijke zaken in een boeiende theatervorm aan de orde komen. En dat was er inderdaad niet bij, die boeiende theatervorm.’
De Telegraaf vond het dan weer prachtig. ‘Het wordt een enthousiaste toneel-happening, waar zoveel lawaai aan te pas komt en zo druk gezongen wordt, dat de toeschouwer ervoor zorgen moet niet al te zeer te worden meegesleept, wil hij Peter Terson’s satirische bedoelingen niet uit het oog verliezen.’