NieuwVoetbal

Het eerste kampioenslied van Feyenoord werd in 1923 gemaakt (en dat was een jaar te vroeg)

In aanloop naar het verwachte kampioenschap van Feyenoord worden al de nodige kampioensliederen gemaakt. Net als in 1923, helaas een jaar te vroeg. 

Voor mijn boek De gele kaart van Neeskens heb ik veel uitgezocht over de geschiedenis van het nationale voetbalkampioenschap. In aanloop naar de verwachte titel van Feyenoord maak ik hierover een serie.

Kampioenslied

In maart 1923 werd in clubblad De Feijenoorder de tekst afgedrukt van Het Kampioenslied. Het eerste elftal leek onderweg naar het afdelingskampioenschap, waarop dit een voorbereiding was. ‘Ik zou om den drommel niet graag zien, dat het er voor niemendal in was geplaatst,’ voegde de auteur C. Rietveld hier dreigend aan toe. ‘Dan maakten we een figuur als ……. vul zelf maar in. Het zal dus van jezelf afhangen, of er over een poosje spottend gezegd wordt „Wat een bluf: een kampioenslied zonder kampioenen”.’

In onze tijd heet dat jinxen, ofwel het afroepen van nodeloos onheil. Het liep dan ook verkeerd af, want Feyenoord werd in 1923 géén kampioen. Het eerste kampioenslied was een jaar te vroeg geschreven en dat kreeg Rietveld dan ook uitgebreid te horen. Een maand later kwam hij er daarom nog eens op terug: ‘En nu heb ik van verschillende zijden moeten vernemen, dat het verkeerd gezien was in ons vorig orgaan een kampioenslied te hebben opgenomen. Ja, ja; de Nederlandsche taal is en blijft moeilijk.

Wie echter de woorden goed leest, zal bemerken, dat de maker van het vers zeer duidelijk is geweest en niets anders heeft bedoeld dan een opwekking, een aansporing om vol te houden en het kampioenschap te behalen. Het spijt me dus de op- en aanmerkers te moeten aanzien voor menschen, die met onze taal in niet al te beste verstandhouding leven. De eenig juiste opmerking zou geweest zijn: de titel is onjuist. ’t Is verder te onbelangrijk om veel ruimte aan te besteden.’

Precies honderd jaar later is dit mislukte kampioenslied toch zeer interessant. De tekst doet in de verste verte niet denken aan de clubliederen van nu. Alleen de laatste twee zinnen vallen op, omdat hierin voor de eerste keer de woorden Hand in hand werden gebruikt.

Laat de kans je niet ontglippen,
Feyenoord, gedenk je vlag.
Ach, ik proef al met de lippen
Onzen glorieusten dag.
Spelen, dat de wolken schallen.
Spelen, dat de duizendtallen
Dansend zingen, hand in hand:
Kampioen van Nederland!

Zie ginds komt de stoomboot

Vijf jaar later plaatste De Feijenoorder opnieuw een kampioenslied, dit keer niet te vroeg. Het was geschreven door B. Koreman, die in deze variant géén gebruik had gemaakt van de woorden Hand in hand. Die doken pas weer op tijdens het Sinterklaasfeest van 1947 toen Feyenoord een gelegenheidslied maakte.

Deze variant staat in het boek De geschiedenis van Feyenoord, deel 3 van Jan Oudenaarden. ‘De coupletten waren van een onbekende tekstdichter,’ voegde hij toe, ‘en een variant van op Zie ginds komt de stoomboot.’ Die melodie wordt meteen duidelijk uit de openingszinnen:

Zie ginds komt het elftal van Feyenoord weer aan
Voorop onze Arie, ik zie hem al gaan
Hoe huppelt Cor Munster het veld op en neer
Hij wil een goaltje maken maar ’t lukt niet deez’ keer

Met als refrein:

Hand in hand, kameraden
Hand in hand, een voor een
Geen woorden, maar daden
Leve Feyenoord 1

En daarmee is dit Sinterklaaslied de oerversie van Hand in Hand, veertien jaar voordat de single Hand in Hand Kameraden van Jacky van Dam werd uitgebracht, geschreven door Jaap Valkhoff.

Waardeer deze site!

Onze content is gratis. Vond je het de moeite waard? Dan kun je dat laten blijken met een kleine financiële bijdrage.

Mijn gekozen waardering € -

Jurryt van de Vooren
https://sportgeschiedenis.nl
Specialist in sporterfgoed. Al meer dan 25 jaar de enige Amsterdammer, die is afgestudeerd op Feyenoord.