NieuwVoetbal

Het eerste stadionverbod in het Nederlandse voetbal was in 1977 bij (jawel!) FC Utrecht

FC Utrecht heeft tientallen stadionverboden uitgedeeld na de rellen van afgelopen weekend. Deze strafmaatregel werd precies vijftig jaar geleden bedacht.

Bij de wedstrijd tussen NAC en Feyenoord op 12 mei 1974 werd deze supporter door de politie van het veld verwijderd. Foto Bert Verhoeff via het Nationaal Archief

Mark Broersma van De Stentor vroeg mij enkele maanden geleden wanneer het eerste stadionverbod in het Nederlandse voetbal werd afgekondigd. Hij kon namelijk niemand vinden, die dat weet. ‘Een exact moment waarop is begonnen met het opleggen van stadionverboden in Nederland kunnen de KNVB en het ministerie van Justitie en Veiligheid niet geven,’ schreef Broersma. ‘Maar dat er al vele jaren gebruik van wordt gemaakt, staat vast.’

Alleen al de constatering dat niemand bij de voetbalbond of het ministerie wist wanneer deze strafmaatregel is ingevoerd, was al nieuwswaardig. Enige historische kennis zou zomaar kunnen helpen bij de beoordeling of die eigenlijk wel werkt en of daarin bepaalde ontwikkelingen zijn te zien. Het voetbalgeweld van een halve eeuw geleden is anders dan het voetbalgeweld van begin deze eeuw, dat weer anders is dan het voetbalgeweld in onze tijd.

Tijdlijn voor beginners

Daarom is het belangrijk om te weten wanneer het eerste stadionverbod werd afgekondigd en onder welke omstandigheden dat is gebeurd. Om te beginnen is hier een korte tijdlijn voor beginners met andere veiligheidsmaatregelen rond het voetbal.

1913: eerste toeschouwersverbod, in Enschede

1959: eerste afscheiding tussen supporters en speelveld, in de Kuip

1961: eerste spelerstunnel, in de Kuip

1976: eerste afgesloten supportersvak, in het Olympisch Stadion

1977: eerste vangnetten in een stadion, bij FC Utrecht – Ajax

1982: eerste stadion volgens de nieuwe veiligheidsnoren, de Galgenwaard in Utrecht

1984: eerste wedstrijdverbod, bij Go Ahead Eagles – Feyenoord

1985: eerste alcoholverbod bij een voetbalwedstrijd, bij FC Den Haag

Vakken en netten

In de jaren zeventig verspreidde het hooliganisme zich snel over Europa, met Engeland als bakermat. Nederland kreeg er ook mee te maken, wat leidde tot de eerste supportersvakken en vangnetten, in de hoop de ergste ellende te voorkomen – meestal tevergeefs.

Wat pas écht hielp, was een nieuwe generatie aan stadions, die aangepast waren aan het moderne voetbal. Het begon bij Galgenwaard in Utrecht, daarna volgden Heerenveen en de – toen nog – Amsterdam Arena.

Het maakt verder nog uit of de stadionbezoekers worden benaderd als klanten of als supporters. De meeste voetbalsupporters beschouwen zichzelf nooit als klanten. Kappers hebben klanten en stadion hebben supporters.

Eerste stadionverbod

In die verharde voetbalwereld van de jaren zeventig ontstond belangstelling voor de invoering van stadionverboden. In juni 1974 werd hierop de aandacht gevestigd bij de Almelose rechtbank. Tijdens een zaak tegen Vitesse-supporters verzuchtte de officier van justitie dat het tijd werd voor deze straf. “Maar dat kan ik niet eisen.”

Toch gebeurde het drie jaar later, want in januari 1977 kregen twee supporters van FC Utrecht een algemeen stadionverbod van een half jaar. Ze mochten in die tijd geen enkele voetbalwedstrijd bezoeken, die door de KNVB werd georganiseerd. ‘Doen ze dat toch,’ schreef Gerrit Jan Wolffensperger in de Volkskrant, ‘dan lopen ze dus de kans dat de rest van de straf ten uitvoer wordt gelegd.’

Deze veroordeling was wel problematisch, oordeelde Wolffensperger: ‘De grote vraag is natuurlijk: hoe controleer je zoiets? Het antwoord is eenvoudig: dat valt niet te controleren. De rechter mag nou ook weer niet zo ver gaan dat hij een soort meldingsplicht op zondagmiddag oplegt. En de politie in het stadion wordt heus niet met foto’s van de delinquenten uitgerust.’

Het was niet duidelijk of het verbod daadwerkelijk werd nageleefd, behalve als de gestrafte supporters op een of andere manier opnieuw werden gepakt voor een nieuw vergrijp. ‘Dan hangen ze meteen, en krijgen bij een eventuele nieuwe veroordeling het resterende deel van de oude er bovenop.’

De politierechter in functie erkende dat het moeilijk was om die naleving te controleren. “Maar dat is het ook als van iemand het rijbewijs wordt ingetrokken. Zo iemand loopt alleen tegen de lamp wanneer hij, al of niet toevallig, door de politie wordt aangehouden.”

Een maand later volgde een vergelijkbare straf voor drie Haagse supporters, die zich hadden misdragen bij een uitwedstrijd in Haarlem. Zij kregen een verbod om in de komende vier maanden een stadion te bezoeken waar hun ploeg speelde. In dit geval ging dit dus om een beperkt stadionverbod, omdat er niets werd gezegd over andere wedstrijden.

Eerste meldingsplicht

In mei 1981 herleefde de aandacht door een pleidooi tegen zeven verdachten, die waren aangehouden bij Excelsior – FC Utrecht. Voor het gooien van stenen naar politiemensen werden zij veroordeeld tot twee weken voorwaardelijke celstraf. Raadsman mr. P. Hoogenraad vond dat zulke vrijheidsstraffen geen oplossing waren en stelde daarom voor om die te vervangen voor een stadionverbod ‘voor bepaalde tijd’.

Ruim een jaar later gebeurde dat, want volgens het Algemeen Dagblad van 21 oktober 1982 kreeg een 22-jarige supporter van FC Utrecht een stadionverbod opgelegd voor tien uitwedstrijden. ‘Het is voor de eerste keer dat in ons land een dergelijke straf is uitgedeeld,’ vervolgde het AD. ‘De supporter moet zich in de rust van die wedstrijden melden op het politiebureau in Utrecht.’

Eerste experiment

De Europa Cup 1-finale van 1985 tussen Liverpool en Juventus was de gamechanger, waar 39 doden vielen bij zware rellen. Een jaar later kondigden de KNVB en de overheid een experiment aan, dat in 1987 begon. Voetbalsupporters kon de toegang tot wedstrijden in het betaald voetbal worden ontzegd indien zij werden gepakt tijdens onlusten. Hun namen werden daarna doorgegeven aan het Centraal Informatiepunt Voetbalvandalisme in Utrecht, dat enkele maanden eerder was opgericht.

‘Naast de opslag van persoonsgegevens,’ meldde Trouw op 2 oktober 1986, ‘krijgt het CIV van het openbaar ministerie informatie over het justitieel verleden van notoire supportersvandalen. Behalve registratie adviseert het informatiebureau ook over de aanpak van wedstrijden met een verhoogd risico.’

En daarmee kunnen we de tijdlijn voor beginners verder uitbreiden:

1974: eerste oproep voor een stadionverbod

1977: eerste stadionverbod zónder meldingsplicht

1982: eerste stadionverbod mét meldingsplicht

1987: eerste gezamenlijke aanpak van de KNVB en het ministerie van Justitie

Waardeer deze site!

Onze content is gratis. Vond je het de moeite waard? Dan kun je dat laten blijken met een kleine financiële bijdrage.

Mijn gekozen waardering € -

Jurryt van de Vooren
https://sportgeschiedenis.nl
Specialist in sporterfgoed. Al meer dan 25 jaar de enige Amsterdammer, die is afgestudeerd op Feyenoord.