Het einde van een Ajax-tijdperk
Op 13 juni 1948 nam Ajax afscheid van Jack Reynolds na een dienstverband van meer dan dertig jaar. De Engelsman wordt beschouwd als de schepper van het Ajax-voetbal.
Jack Reynolds, staand rechts, met het elftal van 1932. Foto via het Stadsarchief Amsterdam
Ajax is sinds enige tijd op zoek naar zijn DNA, dat volgens een deel van deze club alleen maar in eigen kring te vinden aanwezig is, in Amsterdam dus.
Ajax-supporter Menno Pot vat op Facebook uitstekend samen hoe onzinnig die gedachte is: ‘Een paar tijdelijke Nederlanders tijdens de bezettingsjaren daargelaten, was Rinus Michels de eerste Nederlandse Ajax-trainer, aangesteld toen de club al 65 (!) jaar bestond. Zijn voorgangers, een stuk of zestien in totaal, waren állemaal niet-Nederlands, ruim een halve eeuw buitenlandse trainers (want de eerste trainer kwam in 1911), simpelweg omdat die qua professionalisme en bekwaamheid iets meebrachten dat er in Nederland niet was, over traditie en DNA gesproken.’
Precies 75 jaar geleden kwam er een einde aan een zeer belangrijk tijdperk bij Ajax, dat inderdaad was vormgegeven door een buitenlander. In stadion De Meer werd tijdens een benefietwedstrijd afscheid genomen van Jack Reynolds, als dank voor al zijn werk. Onder zijn leiding werd het beste Nederlandse clubelftal tot dat moment gebouwd, zo althans formuleerde de legendarische sportjournalist Kick Geudeker in het tijdschrift Sport. Hij bedoelde daarmee het team, dat in 1918 de landstitel won, de eerste van Ajax.
Een stempel van hoge voetbalwaarde
Geudeker: ‘Wie Ajax zegt, zegt Jack Reynolds! Onverbrekelijk is de naam van deze Brit, die in de vorige oorlog (1916) in ons land kwam en sindsdien Ajax heeft gecoached en getraind, aan de rood-witte Meerclub verbonden. Zonder de vele voortreffelijke leiders, die Ajax in de loop der jaren gehad heeft, iets tekort te doen, mogen wij zeggen, dat Reynolds de man is geweest, die het meest zijn stempel op Ajax heeft gedrukt, een stempel van hoge voetbalwaarde, die zijn bekoring vond in ettelijke kampioenschappen, van de afdeling en van het land.’
Over een periode van 33 (!) jaar won hij vijftien afdelingskampioenschappen en acht landstitels. ‘Het was het bewuste en kundige bouwwerk van de vakman, die heel zijn grote ervaring en al zijn voetbalpaedagogiek aan dit elftal gewijd had,’ oordeelde Geudeker, ‘en door alle jaren heen, thans meer dan dertig jaar, aan het Ajax-spel dat bijzondere cachet heeft gegeven, dat algemeen in de lande bekend is en erkend wordt.’
Schepper
Reynolds was de schepper van het specifieke Ajax-voetbal, zoals het clubblad dat 75 jaar geleden omschreef. ‘Het Amsterdamse publiek, dat niettegenstaande de hitte in grote getale naar ons stadion was getogen, heeft Jack de hulde gebracht, die hij zo ruimschoots heeft verdiend.’
Ajax nam daarom met weemoed afscheid van niets minder dan een tijdperk: ‘Onze club is iets kwijt. Een episode is afgesloten …. de Reynolds-periode is voorbij! Onherroepelijk! Een fonkelende steen aan de Ajax-kroon is afgevallen. Onherstelbaar! Vadertje Tijd kent geen genade! Wij zouden het zo gaarne anders willen. Helaas …. ’t gaat niet.’
In zijn dankwoord sloot Reynolds af met een simpele boodschap, die in 2023 nog steeds zeer actueel klinkt: “Ajax mag dan misschien de laatste tijd minder goed hebben gespeeld, weest U gerust, dat komt wel in orde en heb ik voor U allen één verzoek: Blijf Ajax trouw.”