Het jubileum dat niemand viert: het bekervoetbal bestaat 130 jaar
Op 11 februari 1894 was de eerste bekerwedstrijd in het Nederlandse voetbal. Dit toernooi werd verzonnen door Hak Holdert in de hoop op een nationaal voetbalgevoel.
HFC uit Haarlem in 1913 bij de Holdertbeker, vernoemd naar de bedenker van dit toernooi. Foto via het Noord-Hollands Archief
De eerste bekerfinale werd in 1899 gespeeld, maar de geschiedenis gaat terug naar 22 december 1893. Hak Holdert, in die tijd de penningmeester van de Amsterdamse voetbalclub R.A.P., stelde toen een bronzen beeld beschikbaar voor de winnaar van een bekercompetitie, naar voorbeeld van de Engelse F.A. Cup. Het werd meteen de naam voor deze nieuwe competitie: het Holdertbeeld.
Holdert wilde graag een bekercompetitie met een lotingsysteem, in de hoop dat dit zou leiden tot wedstrijden tussen ploegen uit het hele land uit alle verschillende divisies. ‘Hij hoopte door het uitloven van zijn beeld,’ zo schreef het tijdschrift Nederlandsche Sport op 17 maart 1894, ‘dat de 2e kl clubs met beide handen de gelegenheid zouden aangrijpen, om hunne 1e klas zusters eens te ontmoeten, en in den beginne had het er dan ook allen schijn van.’
Met andere woorden: Holdert wilde de basis leggen voor een nationaal voetbalgevoel. Deze sport in 1893 was namelijk nog ontzettend klein met zo’n duizend leden bij de voetbalbond. Ter vergelijking: een club als Hercules uit Utrecht heeft in 2024 méér leden dan er in 1893 in heel Nederland waren te vinden. En dan was de voetbalbond ook nog eens te armlastig om zelf een prijs te financieren voor een bekercompetitie.
Beeld-storm
Het idee was goed, maar de uitvoering niet. In dat eerste bekerseizoen werd er precies één wedstrijd gespeeld op 11 februari 1894 tussen HFC Haarlem en HFC. L.J. Wijnands was de scheidsrechter van deze historische gebeurtenis. HFC won met 3-1, waarin Otto Menten het eerste bekerdoelpunt in de geschiedenis maakte. De omstandigheden waren vreselijk, want die dag trok er net een orkaan over Haarlem, zodat deze wedstrijd bekend werd als de Beeld-storm.
De andere clubs trokken zich daarna terug, mede omdat de bekercompetitie pas in de tweede helft van het seizoen was begonnen en er daarom niet zoveel tijd meer was. En dat was voor Holdert weer de reden om deze eerste jaargang af te blazen, waarmee het Holdertbeeld niet werd uitgereikt.
‘Dat hij het zeer onaangenaam vindt, dat men zijne goede bedoeling zoo weinig apprecieert, is te begrijpen en heeft hij mij dat dan ook ten duidelijkste doen blijken,’ vatte Wijnands samen in Nederlandsche Sport, de scheidsrechter van die enige bekerwedstrijd. ‘Intusschen komt hem de beste dank toe van ieder belangstellende in het voetbalspel, voor hetgeen hij heeft getracht tot stand te brengen.’
Pas in 1898 stelde Holdert opnieuw een prijs beschikbaar voor de bekercompetitie, die het seizoen daarna leidde tot de eerste finale. Die werd gespeeld op 7 mei 1899 tussen RAP en HVV, wat dus bijna 125 jaar is geleden. Deze clubs bestaan allebei nog steeds en hebben inmiddels een afspraak voor een replay op 9 mei, zo meldt Charles Kint op LinkedIn. Eindelijk eens een jubileum dat wél wordt gevierd.