Het vergeten kampioenschap van de Dierensche Boys van 1941
Voetbalclub de Dierensche Boys viert het honderdjarige bestaan met het mooie jubileumboek Boys blijft Boys! Er staat alleen weinig in over de oorlogstijd en dat is jammer. In 1941 werden de Dierensche Boys namelijk kampioen! Gratis artikel, maar een donatie wordt gewaardeerd – onderaan deze pagina.
Er is een groot verschil tussen de coronacrisis en de Tweede Wereldoorlog. In 2020 duurde het vier weken voordat het sportleven was verlamd. Na de Duitse inval van 1940 duurde dat vier jáár. Ook in Dieren werd er kort na de Duitse inval alweer gevoetbald. Thomas Hilhorst schreef er vijf jaar geleden over in zijn boek Voetbal in Dieren.
Derby der Dierenaren
De laatste wedstrijd van de Dierensche Boys vóór de Duitse inval was tegen dorpsgenoot Theothorne. Op 4 mei 1940 wonnen de Boys deze zeer spannende derby met 3-4. Een kleine maand later werd het voetballeven hervat met twee benefietwedstrijden tegen Falto, ook uit Dieren. De opbrengst was voor de slachtoffers van het bombardement op Rotterdam.
Het eerste oorlogsseizoen verliep zeer succesvol voor de Dierensche Boys, spelend in de 4e Klasse E, onder meer met Theothorne. Op 14 oktober werden die dorpsgenoten met 3-2 verslagen in de Derby der Dierenaren, wederom na een zeer opwindende wedstrijd. Het bleef niet bij dit ene succes, want aan het einde van het seizoen stonden de Dierensche Boys bovenaan.
Die titel kon in april 1941 worden behaald door een zege op Theothorne. Beter kon niet, want er is niets mooier dan dat te doen in een rechtstreeks duel tegen de rivalen uit het eigen dorp. Het gaf de Dierensche Boys blijkbaar vleugels, want Theothorne werd met 8-1 onder de grasmat gespeeld. Na promotie naar de 3e Klasse werd het team ingedeeld met Falto, zodat de derby der Dierenaren bleef bestaan.
Derde Klasse
De rest van de oorlog handhaafden de Dierensche Boys zich in die derde klasse, al was het soms moeizaam. Een thuiswedstrijd tegen LONGA 1930 op 7 december 1941 was geen enkel probleem met maar negen spelers bij de tegenstander. Het werd 6-2. Toch stond de ploeg in die tijd op een zevende plaats, ruim achter Falto. Volgens de Provinciale Geldersche en Nijmeegsche Courant voldeed het team daarmee niet aan de verwachtingen.
De Dierensche Boys eindigden dat jaar uiteindelijk in de staart van de ranglijst, maar namen het jaar daarna revanche met een serie goede wedstrijden. Heel even leek een tweede kampioenschap in oorlogstijd zelfs haalbaar, maar uiteindelijk won Gelria deze titel. Toch hadden de Dierensche Boys in bezettingstijd aangetoond dat ze een goede aanvulling waren voor de derde klasse.
Bevrijding
Zo speelden de Dierensche Boys ongeveer honderd wedstrijden in de oorlogsjaren totdat in september 1944 het Nederlandse voetbal definitief tot stilstand kwam. Op 16 mei 1945 stonden deze voetballers voor het eerst weer op het veld voor een wedstrijd tegen militairen. Enkele weken later bewezen de Dierensche Boys nog steeds over een goed elftal te beschikken, want tegen een sterk team van Engelse militairen werd een achterstand van 0-4 bijna ongedaan gemaakt.
De Dierensche Boys verloren geen leden in oorlogstijd. Dat was wel het geval bij Falto, waarvan twee leden werden gedood. Bij Theothorne kwamen drie leden om, onder wie Hermanus Ursinus tijdens de gevechten op de Grebbeberg. Deze vijf namen staan allemaal vermeld op het oorlogsmonument van de KNVB in Zeist.
Zoek zelf in de namenlijst.