Het WK Voetbal van 1982 was solidair met Polen
Veertig jaar geleden ging het WK voetbal in Spanje de slotfase in met een politiek statement. Het wapen van de wereldwijde belangstelling voor het toernooi werd tijdens de wedstrijden van Polen gebruikt door actievoerders om aandacht te schenken aan de onderdrukte vakbond Solidarnosc van verzetsheld Lech Walesa. De Sovjet-legers hadden in het voorjaar een vorm van democratisering op de Poolse werkvloer met tanks de grond in gedrukt en ondanks de mondiale verontwaardiging was niemand (op zoals later zou blijken de paus na) bij machte om te knagen aan de communistische grondveste van het regime van president Jaruzelski. De nationale voetbalploeg werd onbedoeld het symbool van het verzet. Toen de Polen de Sovjet-Unie uit het toernooi werkten, was hun missie al geslaagd.
Het moment staat bij de echte liefhebber, die de wedstrijd bewust meemaakte, nog helder op het netvlies. Wlodi Smolarek, balvirtuoos van Widzew Lódz, wordt in de diepte aangespeeld en kan zo naar het vijandelijke doel doorlopen om een poging te wagen om te scoren. Terwijl hij wordt aangemoedigd door de fans op de halfvolle tribunes van Nou Camp, slaat de aanvaller met de bal af richting cornervlag. In de hoek van het veld daagt hij twee Russische tegenstanders uit. Het Spaanse publiek heeft een vlaag van herkenning en roept spontaan: ‘Olé’.
Smolarek jongleert met de bal en lijkt te zeggen: ‘Pak me maar als je kan.’ De Russen zouden hem het liefst door midden schoppen, maar als ze dat doen riskeren ze van hun bond een enorme schorsing. Goed gedrag op dit podium is voor de Sovjets nog belangrijker dan winnen. Smolarek staat stil bij de cornervlag met de bal onder zijn rechterschoen. Op hetzelfde moment verschijnt op de tribune boven de hoekvlag een Poolse vlag met de tekst Solidarnosc. Zelfs mensen die geen Pools kunnen lezen weten wat er staat.
Solidariteit met de Polen heeft iedereen wel op dit WK. Misschien gaan op dat moment de staatszenders achter het IJzeren Gordijn op zwart. In Nou Camp kijkt men naar de stadionklok, want de officiële speeltijd zit erop. Smolarek versiert zowaar een vrije trap en blijft treiterend doorgaan met tijdrekken. Scheidsrechter Valentine fluit dan maar af: Polen plaatst zich voor de halve finale, maar misschien wel belangrijker, dit gebeurt ten koste van de Sovjet-Unie. De Poolse spelers maken een kring in de middencirkel, terwijl op de tribunes de vakbondsvlag wappert. Er worden geen shirtjes geruild want de verhoudingen tussen de grootmacht en vazalstaat zijn zelfs voor vriendschappelijke betrekkingen tussen spelers te gespannen. De wedstrijd stelde eigenlijk weinig voor maar met deze 0-0 krijgt het WK te maken met een politiek statement.
Polen dankte zijn halve finale plaats aan twee verrassende oplevingen: in de eerste ronde werd met 5-1 gewonnen van Peru en in de tweede ronde met 3-0 van België. In dat laatste duel maakte de wereld kennis met het enorme talent van Zbigniew Boniek, die alle goals scoorde en knap positie koos achter de spitsen Lato en Smolarek. Zijn eerste doelpunt was een prachtig schot, zijn tweede een kopbal en zijn derde een dribbel. Voor de rest had Polen alle wedstrijden doelpuntloos gelijk gespeeld, maar dankzij deze resultaten schaarde het land zich voor de tweede keer in acht jaar bij de beste vier ploegen van een WK.
In feite was het toernooi al geslaagd na de remise tegen de USSR. Het doel was bereikt en in de halve finale (tegen Italië, maar dat wist men die zondagavond nog niet) zou Boniek vanwege een schorsing (tweemaal geel voor aanmerkingen op de leiding) ontbreken en dat maakte die missie bij voorbaat kansloos. Dat een week later tegen een uitgeput en ontgoocheld Frankrijk het brons werd veilig gesteld had weinig om het lijf, maar was leuk voor de statistiek.
Het Poolse WK bestond vooral uit de hattrick van Boniek en die actie van Smolarek bij de cornervlag. En die roodwitte vlag op de achtergrond.