In Vaticaanstad wordt er al sinds 1905 aan sport gedaan
De Katholieke Kerk en de internationale sport hebben al meer dan een eeuw een gezamenlijke geschiedenis. Pius X zorgde in 1905 voor een doorbraak tijdens een ontmoeting met Pierre de Coubertin, de toenmalige voorzitter van het IOC.

De paus gaf toen steun aan Rome, dat de Olympische Spelen van 1908 wilde organiseren. Een verwoestende uitbarsting van de Vesuvius maakte in 1906 een einde aan deze plannen.
Deze ontmoeting was van groot belang, omdat de paus daarmee een einde maakte aan de heersende negatieve ideeën in het Vaticaan over de moderne sport. Hij kreeg daarbij steun van kardinaal Merry del Val, volgens De Telegraaf in 1908 een gepassioneerd liefhebber van voetbal.
Deze opbloeiende liefde tussen sport en kerk was in oktober 1905 zichtbaar tijdens een katholiek sportfeest in Vaticaanstad, waar Pius X de 500 sporters toesprak: “Ik bewonder en zegen van gansher harte uwe uitspanningen en uwe spelen, de gymnastiekuitvoeringen, het cyclisme, het alpinisme, de roei- en wandelsport en de schermoefeningen, waarin gij u onderscheidt.”
Katholieke Atletische Spelen
Merry del Val was er bij dat sportfeest van 1905 ook bij, waar zijn geliefde voetbal ook op het programma stond. Dat gebeurde opnieuw in september 1908 toen in het Belvederehof de Katholieke Atletische Spelen werden gehouden. Voetballers uit Ierland en Italië speelden daar tegen elkaar met kransen van laurier- en eikenblad voor de winnaar. De Ieren hebben deze voetbalwedstrijd gewonnen, maar we weten niet meer met welke uitslag.
Deze Katholieke Atletische Spelen waren een serieuze bezigheid. Het lijkt er zelfs op dat dit evenement een genoegdoening was voor de gemiste Olympische Spelen in Rome, waarover Pius X en De Coubertin drie jaar eerder overeenstemming hadden bereikt. Er waren ruim 2000 deelnemers in Vaticaanstad, evenveel als de Olympische Spelen in Londen dat jaar!
Verder was er in de binnenruimte van het Vaticaan een tijdelijk stadion gebouwd, beschreef Het Nieuws van den Dag: ‘In den Belvedère-hof is een ronde hardloopersbaan afgebakend, in het midden zijn de gymnastiektoestellen geplaatst. Bij den ingang is de tribune.’
Moge ieder diep overtuigd zijn van de hoge waardigheid olympisch atleet te zijn
Helemaal opmerkelijk was dat de paus op de eerste dag ‘den voorbijmarsch’ van de deelnemers bijwoonde, behalve met Italië en Ierland ook met België en Frankrijk. In onze woorden is dat een openingsceremonie, sinds 1906 gebruikelijk op de Olympische Spelen en tijdens de Katholieke Atletische Spelen pas twee jaar oud.
Zo liet het Vaticaan aan de internationale sportwereld zien dat het evenveel deelnemers kon onderbrengen als de Olympische Spelen in Londen, een tijdelijk stadion kon bouwen én dat het een nieuwe olympische traditie als een openingsceremonie in de vingers had.
Pas in 1960 kreeg een paus zelf de kans de Olympische Spelen te ontvangen. “Moge ieder diep overtuigd zijn van de hoge waardigheid olympisch atleet te zijn,” zei Johannnes XXIII vlak voor aanvang van Rome 1960 tegen de olympiërs – meer dan een halve eeuw na het gesprek van zijn voorganger met De Coubertin en de eerste voetbalwedstrijd in Vaticaan.