Just Fontaine maakte dertien WK-goals op geleende voetbalschoenen
De Franse voetballer Just Fontaine is overleden, 89 jaar oud. Hij heeft sinds 1958 het record van de meeste doelpunten op één editie van een WK voetbal.
Just Fontaine in 1971. Foto André Cros / Archief Toulouse, CC BY-SA 4.0, via Wikimedia Commons
Door Ruud Doevendans
Hij zal wel voor eeuwig in de schaduw van Pelé en diens heldendaden op het WK 1958 blijven staan. Maar op datzelfde WK-toernooi in Zweden scoorde de Franse aanvaller Just Fontaine dertien doelpunten. Hij is daarmee de speler die de meeste goals tijdens één toernooi heeft gescoord. En hij had niet eens zijn eigen schoenen aan.
In het net
Drie goals in de met 7-3 gewonnen openingswedstrijd tegen Paraguay. Twee treffers in het verloren duel met Joegoslavië (2-3) en een doelpunt in de 2-1 winst op Schotland. In de kwartfinale een 4-0 overwinning op Noord-Ierland met twee goals, één treffer in de verloren halve finale (2-5) tegen Brazilië en maar liefst vier doelpunten in de wedstrijd om de derde plaats tegen West-Duitsland (6-3).
Just Fontaine maakte dertien goals op het WK 1958, het hoogste aantal doelpunten dat een speler ooit tijdens één toernooi scoorde. Hij scoorde één-op-één met de doelman, met een kopbal, met intikkertjes en knappe schoten uit de draai. Linksom of rechtsom, als Fontaine de bal in bezit had, lag die kort daarop in het net.
Het record van de Hongaar Sandor Kocsis (elf doelpunten op het WK 1954) ging eraan en Fontaines prestatie zou nooit verbeterd worden. Ná hem zou op een WK nog maar één speler aan een aantal doelpunten met twee cijfers komen: Gerd Müller in 1970, met tien treffers. In negen van de dertien volgende WK’s zou de topscorer niet eens de helft van Fontaine’s aantal goals scoren. En ja, waarschijnlijk – al ontkent Fontaine dit zélf in alle toonaarden – was het scoren van een doelpunt in 1958 eenvoudiger dan in 2014. Maar geen enkele andere speler scoorde vaker dan zesmaal op het WK 1958. Mede daarom vormen de dertien goals van Fontaine een fantastisch record.
Hoeveel Cristiano Ronaldo en Lionel Messi doorgaans ook scoren, het is niet waarschijnlijk dat zij het WK-record van Fontaine zullen breken. Het is zelfs uitermate onwaarschijnlijk dat dit ooit zal gebeuren.
Marokko
Na een eeuw waarin grote Europese mogendheden als Frankrijk, Groot-Brittannië, Duitsland en Spanje streden om de heerschappij in Noord-Afrika, kwam Marokko in 1934 onder Frans bestuur. Een jaar daarvoor was in Marrakech Just Fontaine geboren uit een Franse vader en een Spaanse moeder. Vanwege de achtergrond van zijn moeder werd de jongen ook wel Justo genoemd.
De kleine Just wilde al snel voetballen, maar zijn angstig aangelegde vader vond dat allerminst een goed idee. Voetbal was te gevaarlijk. Hij zag zijn zoon liever aan atletiek of basketball doen, sporten waarbij je in ieder geval niet geschopt werd.
Toen Just het na lang zeuren eindelijk voor elkaar had zich te mogen aansluiten bij een voetbalclub, won hij met AS Marrakech – een club uit de tweede divisie – meteen het landskampioenschap voor jeugdteams. En hij viel op: zijn doelpunten spraken voor zich.
Zijn vriend Boubker Négraoui had hem voorgesteld aan de trainer en verteld dat Just echt heel goed kon voetballen. Daarmee was niets te veel gezegd. De aanvaller Fontaine kenmerkte zich door nergens dé absolute uitblinker in te zijn, maar in alle aspecten van het spel wel goed genoeg om het verschil te kunnen maken. Hij was geen Eusebio, maar wel zeer doelgericht. Geen Garrincha, maar hij passeerde makkelijk. Geen Johan Cruijff, maar wel snel. Geen Gerd Müller, maar wel zeer alert voor het doel. Kortom, een complete aanvaller: de ‘Marrakech Express’.
Kampioen met Nice
Fontaine speelde op een te laag niveau, dat zagen de kenners direct. Hij sloot zich in 1950 aan bij USM Casablanca. Fontaine, zestien jaar oud, kreeg een kamer in het stadion waarin hij kon wonen. Snel stootte hij door naar het eerste elftal, waarvoor hij tot 1953 in 48 wedstrijden 62 doelpunten zou maken.
In de tussentijd haalde hij zijn schooldiploma, maar van verder studeren zou het niet komen. Fontaine’s kwaliteiten waren overgewaaid naar Frankrijk en op negentienjarige leeftijd werd hij getransfereerd naar OGC Nice. Daar ging Fontaine gewoon door met wat hij zijn hele voetballeven al had gedaan: goals scoren. Uit alle standen, met links, rechts en het hoofd. Alleen op de keeper af gaand, of reagerend op een voorzet. Het maakte hem nauwelijks iets uit.
Veel geld verdiende Fontaine niet bij Nice, maar er stond wel iets tegenover: de ploeg speelde compromisloos aanvallend voetbal en dat was voor de volbloed aanvaller Fontaine ideaal. En successen bleven dan ook niet uit. In het eerste seizoen van Fontaine behaalde Nice de Franse beker.
In de competitie ging het de ploeg echter minder voor de wind. Tegenover grote aantallen gescoorde doelpunten (Nice scoorde in 1953/1954 de meeste goals, een jaar later op één na de meeste) stonden te veel tegendoelpunten. In het seizoen 1954/1955 totaliseerde Nice bijvoorbeeld de doelcijfers 75-81. Pas in 1955 veranderde dit. De nieuwe trainer Luis Carniglia, die zojuist afscheid genomen had als speler van Nice, wijzigde de tactiek. In het seizoen 1955/1956 had Nice de minste tegengoals en hoewel het ook beduidend minder scoorde, won de ploeg uiteindelijk de titel. In 1956 werd Fontaine aangetrokken door Stade Reims, waar hij Raymond Kopa moest doen vergeten. De briljante spelmaker verkaste naar Real Madrid.
Debuut met drie goals
Al snel na zijn entree bij Nice debuteerde Just Fontaine in de nationale Franse ploeg. Het betrof een wedstrijd in de kwalificatie voor het WK 1954 en de tegenstander heette Luxemburg. Frankrijk had zich reeds geplaatst en stelde een experimenteel elftal op, samengesteld uit alleen maar debutanten. Fontaine mocht het als midvoor proberen. Dat werd een succes, hij scoorde drie doelpunten in de 8-0 zege van Frankrijk. Voldoende om een plaats op te eisen, zou je denken, maar de Franse bondscoach besloot anders en viel terug op de gebruikelijke formatie met toppers als Jean-Jacques Marcel, Raymond Kopa en Roger Piantoni die tegen Luxemburg vrijaf hadden gekregen. Voor het WK 1954 in Zwitserland werd Fontaine niet geselecteerd.
Het duurde enkele jaren alvorens Fontaine weer een kans kreeg in het nationale elftal maar optredens tegen Hongarije (1956 en 1957) werden geen succes. Zijn onstopbare scoringsdrift bracht hem echter voor het WK 1958 toch weer in beeld. Hij scoorde in Parijs tegen Spanje (2-2) en mocht ook tegen Zwitserland (0-0) opdraven. Maar voor het toernooi in Zweden had Just Fontaine in 53 maanden tijd welgeteld één keer gescoord voor Frankrijk en was hij derhalve allerminst zeker van zijn plaats. Coach Paul Nicholas besloot René Bliard als midvoor de voorkeur te geven, maar die blesseerde zich in de aanloop naar het toernooi. Dat opende de deur voor Just Fontaine, die de kans aangreep om geschiedenis te schrijven.
Raymond Kopa
In 1958 was de laatste man nog niet uitgevonden. Ploegen speelden veelal met twee pure verdedigers en vaak ook met een spil die geacht werd aanvallend inbreng te hebben maar tevens op tijd terug te zijn om de midvoor van de tegenstander te dekken. Binnenspelers speelden ietwat teruggetrokken. Er ontstond in feite een 3-2-2-3 opstelling, het zogenaamde WM-systeem (de vijf verdedigend ingestelde spelers vormden de W, de aanvallende krachten de M). De ruimte achter de verdedigers leek gecreëerd voor een midvoor met de kwaliteiten van Just Fontaine. En niet alleen zijn eigenschappen waren zeer geschikt voor dit type voetbal, ook die van aangever Raymond Kopa.
Kopa was de spelmaker van de Franse ploeg, een man met een puntgave techniek en een fabuleus overzicht. Geboren als Kopaszewski want afstammend van Poolse voorouders, was hij de voornaamste drijvende kracht achter de twee Franse titels van Stade Reims in 1953 en 1955 en voerde hij zijn ploeg bovendien tot in de finale van het toernooi om de Europa Cup I in 1956. Stade Reims verloor die eerste finale in het belangrijkste Europese bekertoernooi met 4-3 van Real Madrid maar de naam van Kopa had zich gevestigd. Na die wedstrijd sloot hij zich aan bij Real Madrid, waar hij alsnog drie Europa Cups zou winnen alvorens naar Stade Reims terug te keren.
Kopa en Fontaine bleken elkaar perfect aan te vullen. De middenvelder had aalgladde bewegingen waarmee hij tegenstanders probleemloos uitspeelde. Het bijzondere was dat hij daarbij altijd het overzicht behield. En omdat Fontaine feilloos aanvoelde wanneer de pass zou komen, regende het doelpunten. Door Fontaine gemaakt en door Kopa aangegeven.
Dertienmaal raak
Frankrijk opende het WK 1958 in Norrköping tegen Paraguay. Het kwam met 1-0 achter maar Fontaine profiteerde van weifelend uitkomen van de Paraguayaanse doelman en maakte 1-1. Vijf minuten later scoorde hij op identieke wijze, na een verre pass uit het middenveld waarna hij zich veel sneller toonde dan de verdedigers: 2-1. Paraguay kwam echter op een 3-2 voorsprong, maar daarna was het alleen Frankrijk dat de klok sloeg. Wisnieski en Piantoni brachten les Bleus op 4-3 waarna Fontaine nogmaals scoorde: 5-3. Uiteindelijk werd het 7-3.
Al na vijf minuten in de tweede wedstrijd knoopte Fontaine aan bij zijn doelpunten van het eerste duel. Hij scoorde de 1-0 tegen Joegoslavië, dat echter niet over zich liet lopen. Na ruim een uur stond het 2-1 voor Joegoslavië, maar Fontaine maakte weer gelijk. Alleen voor de Joegoslavische keeper schoof hij de bal rustig binnen. Twee minuten later was de nederlaag voor Frankrijk echter alsnog een feit.
Frankrijk speelde in de laatste groepswedstrijd tegen Schotland. Voor de verandering leverde Fontaine een assist op Raymond Kopa die Frankrijk op 1-0 bracht. Schotland miste daarna een strafschop en Fontaine verdubbelde de voorsprong. De 2-1 van de Schotten kwam voor hen te laat. Fontaine schoot nog tweemaal op de paal. Frankrijk ging als groepswinnaar naar de volgende ronde.
In de kwartfinale was Noord-Ierland geen partij. Frankrijk walste met 4-0 over de Britten heen en ook nu scoorde Just Fontaine weer tweemaal. Hij noteerde op dat moment acht doelpunten na vier wedstrijden. En ook in de halve finale was Fontaine weer succesvol, al was de ploeg kansloos tegen een ontketend Brazilië. Met een 5-2 nederlaag werd Frankrijk veroordeeld tot het spelen van de wedstrijd om de derde plaats. Maar precies dit duel zou Fontaine zijn grootste reputatie opleveren.
Just Fontaine had twee doelpunten nodig om het record van Sandor Kocsis (elf doelpunten tijdens één WK) te evenaren, drie om het te verbeteren. De Duitsers hadden wel vijf van hun beste spelers (onder wie Fritz Walter en Uwe Seeler) aan de kant gelaten maar dat deed weinig af aan de unieke prestatie van Fontaine. Die scoorde in de 16de, 36ste, 78ste en 89ste minuut en eindigde daarmee op dertien treffers. Frankrijk behaalde door een 6-3 zege de derde plaats. Gedurende de wedstrijd liet Fontaine nog een strafschop aan Kopa, ofschoon hij op dat moment tien doelpunten had gescoord en de penalty nog goed kon gebruiken om het record te breken.
Beenbreuk
Na het WK 1958 bleef Just Fontaine makkelijk doelpunten maken. In het seizoen 1958/1959 maakte hij er voor Stade Reims 26 in 34 wedstrijden, een jaar later maakte hij er dertig in evenzovele wedstrijden. Ook internationaal hielp hij zijn club aan successen. In het seizoen 1958/1959 bereikte Stade Reims voor de tweede maal de finale van de Europa Cup I waarin het opnieuw Real Madrid trof, nu met de van Stade Reims getransfereerde Raymond Kopa in de gelederen. Het werd 2-0 voor Real Madrid dat daarmee zijn vierde Europa Cup op rij won. In de aanloop naar de finale had Fontaine echter in zeven wedstrijden tien keer gescoord.
Op 28 maart 1960 ging het mis. Fontaine brak zijn scheen- en kuitbeen in een wedstrijd tegen Sochaux. Tijdens een lange revalidatieperiode kwam hij er maar moeizaam bovenop en op 1 januari 1961 brak Fontaine nogmaals zijn been. Hij wilde het nog niet accepteren maar een beenbreuk in de jaren zestig stond vrijwel gelijk aan het einde van je carrière. In feite was het al bijzonder dat hij er na het eerste incident in was geslaagd om terug te komen.
Medio 1962 beëindigde Fontaine zijn loopbaan. Met zijn afscheid en het op leeftijd raken van Raymond Kopa verloor Frankrijk zijn twee meest vermaarde spelers. Het stond aan de vooravond van een periode van ruim vijftien jaar waarin het nationale team zich nog maar één keer voor een groot toernooi zou plaatsen. Op het WK 1966 bracht de ploeg er weinig van terecht. De topkwaliteit ontbrak simpelweg.
Geleende schoenen
In 283 officiële wedstrijden voor zijn clubs had hij 259 keer gescoord. Op de ranglijst van doelpuntenmakers in de Franse hoogste klasse staat hij weliswaar ‘slechts’ op de dertiende plaats, maar zijn scoremoyenne (0,825) wordt alleen door de Joegoslaaf Josip Skoblar (151 goals in 1974 wedstrijden tussen 1966 en 1975 voor Olympique Marseille, gemiddeld 0,868) overtroffen.
De eminente topschutter Just Fontaine reikte ondanks zijn ongeëvenaarde aantal van dertien doelpunten op één WK tot niet meer dan 21 interlands. Toen hij eindelijk een vaste plaats had veroverd, sloeg het noodlot toe en brak hij zijn been tweemaal.
Zijn gemiddelde aantal doelpunten in interlands van 1,43 blijft fenomenaal en is vele malen hoger dan dat van de andere groten der aarde. En Fontaine is er trots op, evenals op zijn record op het WK 1958.
Fontaine werd trainer, kortstondig Frans bondscoach maar hij moest na twee verloren wedstrijden reeds het veld ruimen. Hij was korte tijd trainer van Luchon en Toulouse, en tussendoor van 1973 tot 1976 in dienst van Paris Saint Germain. Zijn grootste succes boekte Fontaine als coach van Marokko, op de African Nations Cup van 1980 waar het team derde werd. Fontaine selecteerde latere internationale topspelers als doelman Zaki en de middenvelders Timoumi en Bouderbala voor het eerst. Na 1981 trok Just Fontaine zich uit het actieve voetbal terug en werd hij weer louter liefhebber.
Wat blijft zijn de dertien doelpunten in zes wedstrijden op één WK. Criticasters zullen blijven aanhalen dat scoren in 1958 veel makkelijker was dan anno 2014, hetgeen alleen al door het gemiddeld aantal tijdens dat toernooi gemaakte doelpunten aannemelijk is. Fontaine is het met die visie totaal oneens, zoals hij later liet optekenen: “De bal van destijds, hoe lang je reizend onderweg was naar wedstrijden en het amateurisme van de medische staf, het maakte het allemaal veel moeilijker dan tegenwoordig. En dan had ik nog niet eens mijn eigen schoenen aan.”
Pardon, ‘niet zijn eigen schoenen aan’? Op een WK?
In de voorbereiding op het WK begaf een van Fontaines schoenen het. Een reservepaar had hij niet bij zich, en hij leende een paar van zijn teamgenoot Stéphane Bruey. Die schoenen bevielen goed. Hij behield ze en speelde er het gehele WK op. Hoeveel doelpunten zou Justo Fontaine gescoord hebben, had hij zijn eigen vertrouwde kicksen aan gehad? Ach, misschien wel veel minder …
Of iemand ooit zijn record gaat breken? Fontaine denkt het niet: “Ondanks dat de aanvallers tegenwoordig veel meer beschermd worden dan in mijn tijd, geloof ik niet dat ze dat gaan redden.”
Daarin zou Just Fontaine wel eens het gelijk aan zijn kant kunnen hebben.