Tijdens de UEFA Cup-finale van Feyenoord in 1974 maakte Nederland kennis met extreem voetbalgeweld
Tijdens de UEFA Cup-finale van 1974 tussen Feyenoord en Tottenham Hotspur braken enorme rellen uit in de Kuip. Uit het politierapport blijkt dat er grote inschattingsfouten waren gemaakt.
Feyenoord viert feest na de finale, foto Rob Mieremet via het Nationaal Archief
Er was wel eens een klap gevallen in het Nederlandse voetbal, maar nog nooit was er grootschalig geweld geweest. De eerste keer dat de Nederlandse politie hiermee werd geconfronteerd was tijdens de UEFA Cup-finale van 29 mei 1974 tussen Feyenoord en Tottenham Hotspur. De problemen duurden de hele dag, waarbij het in de Kuip volkomen uit de hand liep tijdens de wedstrijd zelf. Wat een voetbalfeest moest worden, werd een drama, waarbij het een wonder is dat er die dag geen dodelijke slachtoffers zijn gevallen.
Politierapport
Een maand na deze uitbarsting van geweld maakte de Rotterdamse politie een rapport: Gebeurtenissen verband houdende met de voetbalwedstrijd Feijenoord – Tottenham Hotspurs (sic) – hier lezen. Hieruit blijkt dat de autoriteiten amper rekening hielden met ordeproblemen. Ook was op een beslissend moment een communicatiestoornis, waardoor de politie heel laat ingreep.
Voordat de wedstrijd begon, waren er in Rotterdam al veel problemen, waarbij 21 Engelsen werden opgepakt. Volgens het rapport werden de eerste incidenten ’s ochtends vroeg gemeld vanaf beide kanten van de maasoever. ‘Ernstige dronkenschap van jeugdige Engelse supporters.’
Desondanks ging de meeste aandacht uit naar eventuele verkeersproblemen rond het stadion en niet zozeer naar eventuele gewelddadigheden. De stadiondirectie kreeg om 17.30 uur nog wel het dringende verzoek om alcoholhoudende dranken te weren. ‘De directeur van de NV Stadion Feijenoord heeft daarop gereageerd met een nieuwe instructie van zijn suppoosten ter uitvoering van deze aanbeveling.’
Niets aan de hand. Toch?
Uit het rapport blijkt dat vierduizend Engelse supporters in verschillende vakken waren geplaatst. Omstreeks 19.50 uur deelde een hoofdcontroleur voor de eerste keer mee dat daar gevechten waren uitgebroken, in Vak G. ‘Via het gesloten televisie-circuit observeerde de Hoofdinspecteur belast met de leiding van de ordehandhaving vervolgens Vak G. Daar bleek niets aan de hand te zijn.’ Er werd geen actie ondernomen.
Opnieuw kwam er vanuit het vak een melding, en opnieuw was niets zichtbaar op de camera. Pas toen enkele agenten ter plekke gingen kijken, bleek het te gaan om Vak GG, waar ‘ernstige ongeregeldheden’ waren. Door een communicatiestoornis bleek de politie het begin van de gevechten volkomen te hebben gemist, en waren de omstandigheden levensgevaarlijk geworden. Sommige mensen dreigden uit het vak te vallen, 24 meter naar beneden. Andere toeschouwers werden onder de voet gelopen. De politie kon echter weinig beginnen, omdat de meeste collega’s nog buiten het verkeer stonden te regelen en omdat er barricades waren aangebracht door de Engelsen.
En dan bleken de Engelsen allerlei wapens bij zich te hebben. De politie maakte melding van ‘dolkmessen, ijzeren pijpen, riemen en aan stokken gebonden messen’. Tijdens een confrontatie raakte zowel de Hoofdinspecteur als de hoofdagent gewond, zodat er nieuwe mensen moesten worden aangesteld om de leiding over te nemen. ‘De overmacht werd zo groot dat het niet mogelijk was om verder in dat vak op te treden.’ Ondertussen dreigden nog steeds mensen naar beneden te vallen. Kortom: de chaos was gigantisch en toen was de wedstrijd nog niet eens begonnen. ‘Tot de aanvang van de wedstrijd duurden de vechtpartijen voort.’
Vanaf 20.30 uur, dus veertig minuten na de eerste melding vanuit Vak GG, werd al het aanwezige personeel gemobiliseerd voor ordehandhaving. Tot aan 21.10 uur hadden deze agenten weinig te doen, want de wedstrijd was begonnen zodat de aandacht van de relschoppers even was afgeleid.
1-0
Maar toen opende Feyenoord de score. ‘Onmiddellijk laaiden de gevechten in Vak GG weer op.’ Vlaggen gingen in vlammen op, hekken werden vernield, stoelen werden gesloopt en als slagwapen gebruikt en naar beneden gegooid.
Tien minuten later werd de opdracht gegeven aan vijftig agenten en één brigadier om met wapenstok een einde te maken aan de problemen. Daarbij, en hier onderstreepten de opstellers van het rapport de tekst, werd het gebruik van het dienstpistool uitdrukkelijk verboden. Eén van de betrokken agenten zegt nu dat die opdracht cruciaal was geweest: “Anders hadden we geheid geschoten.” Na zeven minuten charges met wapenstok was het verzet gebroken. ‘Na het politie-optreden heerste er een teneergeslagen stemming in het stadion.’
Gesloopte finale
Aldus het politierapport, dat pas bijna veertig jaar later voor het publiek werd geopenbaard in een uitzending van Andere Tijden Sport. Er ontstaat hierin een beeld van verwarring, chaos en het nodige geluk dat er in de Kuip geen dodelijke slachtoffers zijn gevallen. Toeschouwers werden onder de voet gelopen, mensen dreigden naar beneden te vallen, er werd met zware objecten gesmeten, er waren slag- en steekwapens aanwezig en sommige agenten werden op het laatst weerhouden om met scherp te schieten.
Het was allemaal nieuw voor het Nederlandse voetbal, dat dit nog nooit had meegemaakt en daarmee blijkbaar ook nog niet wist dat dit überhaupt kon gebeuren – laat staan hoe dit moest worden voorkomen of bestreden. De ordehandhavers leerden die dag in ieder geval een verschrikkelijk harde les.
Feyenoord won uiteindelijk de finale, Tottenham Hotspur droop beschaamd af – vol schuldgevoelens.