Een Nederlands podium in de Ronde van Vlaanderen
In 1981 won Hennie Kuiper de vijfenzestigste Ronde van Vlaanderen. Ook de overige twee podiumplaatsen gingen naar Nederlanders.
Het verhaal is wellicht bekend: in 1951 reed Wim van Est met de eerste Nederlandse gele trui in de Ronde van Frankrijk het ravijn in. De West-Brabander was een man van primeurs. Een jaar eerder was hij – als we de wereldtitel op de weg van Theo Middelkamp in 1947 buiten beschouwing laten – ook al de eerste Nederlander die een grote klassieker won. Van Est won in 1950 de monsterrit Bordeaux – Parijs.
In 1953 werd de man met de vele bijnamen (‘De Locomotief’, ‘IJzeren Wimme’, ‘De Beer van ’t Heike’) de eerste Nederlandse winnaar in de Ronde van Vlaanderen. Hij klopte de Belg Désiré Keteleer in een sprint met tweeën. Ook al zo’n man van staal, deze ‘Dies’ Keteleer. Derde werd de Fransman Bernard Gauthier. Volkomen terecht werd de overwinning van een landgenoot in de Ronde van Vlaanderen in die dagen gezien als iets bijzonders.
Een kleine dertig jaar later werd er nauwelijks nog opgekeken van een Nederlandse zege meer of minder. Het waren de gouden jaren van het kwartet Zoetemelk, Raas, Kuiper en Knetemann. En van de dominantie van de Raleigh-ploeg van Peter Post. Maar het volledig Nederlandse podium van 1981 in Meerbeke was uniek. Voor het eerst bestond de top drie in een buitenlandse topklassieker uit alleen maar landgenoten.
Matte koers
Toch was er op 5 april 1981 een thuisrijder favoriet in de Ronde van Vlaanderen. Roger de Vlaeminck was in topvorm. En geprikkeld, want dat voorjaar werd hij in het shirt van Daf Trucks zo’n beetje overal tweede. Bovendien had de grote klassieke renner De Vlaeminck alleen in 1977 de Ronde gewonnen, maar dat was een nogal vreemd tot stand gekomen overwinning met een bijsmaakje.
Geen regen, wind en modder trouwens in de vijfenzestigste Ronde van Vlaanderen. Mede door het zonnige weer was er in de beginfase sprake van een tamelijk matte koers. Op de Muur van Geraardsbergen kwamen de tien sterkste renners voorop. Onder meer Roger de Vlaeminck, Daniël Willems, Fons de Wolf, Sean Kelly en de Nederlanders Jan Raas, Frits Pirard en Hennie Kuiper. Net als De Vlaeminck reed Kuiper voor Daf Trucks.
José de Cauwer was indertijd assistent-ploegleider bij Daf. In het pas verschenen boek ‘De kijk van De Cauwer’ vertelt hij over die Ronde van Vlaanderen: “De Vlaeminck was dat voorjaar in grote doen … Als De Vlaeminck nog maar even zijn gat lichtte, kwam er meteen reactie. Hij zat in de tang van alerte tegenstanders. Dan is een schaduwkopman van goudwaarde. Kuiper merkte dat vlug en maakte daar handig gebruik van. Hij viel zelf aan.”
Kuiper reageerde op een uitval van de Belgische beloften Willems en De Wolf, die hun aanval niet doorzetten. Kuiper kwam alleen voorop en reed door. Ploegmaat De Vlaeminck beschermde zijn vlucht. Op die manier won de Nederlander na een fraaie solo onverwacht zijn eerste klassieker, vóór Frits Pirard en Jan Raas. Ziedaar het volledig Nederlandse podium. Een geëmotioneerde Kuiper na afloop: “Eigenlijk heeft Roger de Vlaeminck ook gewonnen.”
Een week later reed Kuiper in Parijs – Roubaix de kasseien uit de straat in dienst van De Vlaeminck, die vervolgens in een Koninklijke sprint met zes werd gevloerd door Bernard Hinault. Derde in Roubaix werd Francesco Moser. Ook de winnaar van de Ronde van Vlaanderen was vooraan weer van de partij. Hennie Kuiper werd zelf zesde.