NieuwWielrennen

Hennie Kuiper voor altijd een winnaar

Op 1 november kreeg Hennie Kuiper uit handen van oud-minister president Dries van Agt het eerste exemplaar van zijn nieuwe biografie ‘Hennie Kuiper Kampioen Wilskracht’. Met een voorwoord van Eddy Merckx en dat is tekenend voor de alomtegenwoordige sympathie voor de mens en coureur Hennie Kuiper. Hoe een ‘kleine’ doorzetter uit Denekamp tot volksheld kon uitgroeien.

Op een van zijn slaapkamers had Hennie Kuiper voor zichzelf al een bescheiden maar toch indrukwekkend museum ingericht. De makers van het boek hebben er dankbaar gebruik van gemaakt.

Door Jacob Bergsma

Het massale koffietafelboek is vooral een eerbetoon in beelden aan de lange erelijst van Hennie Kuiper. Hij is – naast de Italianen Ercole Balini en Paolo Bettini – één van de drie renners die zowel Olympisch (München, 1972) als wereldkampioen (Yvoir, 1975) werd. Van de vijf klassieke wielermonumenten won hij er vier: de Rondes van Vlaanderen en Lombardije in 1981, Milaan-Sanremo in 1985 en de onvergetelijke 1983-editie van Parijs-Roubaix, waarin hij luttele kilometers voor zijn toch nog glorieuze finish op de wielerbaan, door een uitwijkmanoeuvre voor een knielende fotograaf, zijn achterband van de velg reed.

Kuiper is ook de man die de Ronde van Zwitserland won en twee keer in de Tour de France als tweede eindigde: in 1977 achter Bernard Thévenet en in 1980 achter Joop Zoetemelk. Onvergetelijk is zijn overwinning in 1977 in de Touretappe naar de top van l’Alpe d’Huez. Kuiper genoot met volle teugen van zijn zegetocht door de Alpen, om aan de meet te constateren dat hij acht tellen tekort kwam om de gele trui aan te mogen trekken. Dat kledingstuk ontbreekt op de zeer imposante erelijst van Kuiper. Een jaar later werd hij opnieuw tot winnaar op de Hollandse berg uitgeroepen, nadat de aanvankelijke winnaar Michel Pollentier met een ‘peerke’ vol schone urine onder de oksel de anti-doping-controleur probeerde te misleiden.

Auteur Joop Holthausen – in 2005 winnaar de van Nico Scheepmaker Beker voor het beste sportboek van het jaar met ‘Het geheim van Raleigh’ – bouwt intrigerende hoofdstukken rond die Tour van 1977. Goed gedocumenteerd door uitvoerige research en vele scherpe interviews maakt Holthausen een reconstructie die begint bij de grote gedrevenheid van Hennie Kuiper om – vanuit een achterstandspositie – zijn doelen na te jagen. Holthausen maakt ‘voelbaar’ hoe Kuiper in de glorieuze euforie van de naderende zege op Alpe d’Huez vergeet de verschillen in het algemeen klassement in het achterhoofd te houden. Wanneer pastoor Jaap Reuten de klokken van het kerkje op l’Alpe d’Huez laat luiden, realiseert vooral de hondstrouwe ‘knecht’ van Kuiper, de Belg José De Cauwer, dat Kuiper de kans om de Tour te winnen onbenut heeft gelaten.

In de herfst van 1978 gaat de Tourwinnaar van 1977 – de Fransman Bernard Thévenet – te biecht bij de godfather van de Franse wielerjournalistiek, Pierre Chany. Thévenet geeft toe in de Tour van 1977 op gezag van ploegarts François Bellocq corticosteroïden te hebben gebruikt. Thévenet rijdt in 1978 bijna geen ‘platte prijs’, heeft onder andere prostaatklachten en zit volledig in de lappenmand: de negatieve gevolgen van het gebruik van een schadelijk middel. De betekenis, die Chany in het blad Vélo publiceert, slaat in als een bom en wordt internationaal als waarheid overgenomen.

Bernard Thévenet was niet schuldig aan doping in 1977 waar het ging om het gebruik van corticosteroïden. Het middel stond in 1977 simpelweg niet op de verboden lijst.

Holthausen is voor ‘Hennie Kuiper Kampioen Wilskracht’ samen met de oud-voorzitter van de Internationale Wielerunie UCI, Hein Verbruggen, in die bekentenis gedoken. Verbruggen overleed op 14 juni van dit jaar aan de gevolgen van leukemie. Vanaf zijn ziekenhuisbed in Leuven graaft Verbruggen echter net zo lang in de anti-doping-historie tot hij ontdekt dat corticosteroïden pas in 1980 door de UCI op de lijst van verboden middelen zijn geplaatst. In 1986 volgt het IOC met een verbod op corticosteroïden. Het Internationaal Olympisch Comité had wel al in 1975 gewaarschuwd tegen het gebruik van corticosteroïden, vanwege de schadelijke effecten.

Conclusie: Bernard Thévenet was nìet schuldig aan doping in 1977 waar het ging om het gebruik van corticosteroïden. Het middel stond in 1977 simpelweg niet op de verboden lijst.

Hennie Kuiper zelf heeft nooit het gevoel gehad, dat hem de Tourzege van 1977 zou moeten toekomen. Dat de ontknoping van die Ronde van Frankrijk door Holthausen tot op de bodem is uitgezocht, verandert weinig voor hem. Zijn reactie op de bekentenis van Thévenet is altijd geweest: ‘Wat schiet ik ermee op?’ Natuurlijk had Hennie Kuiper de Tour van 1977 graag gewonnen, maar dat het is gelopen zoals het is gelopen, hij kan er vrede mee hebben.

Liefhebber Kuiper waakt er veel eerder voor dat de wielersport zelf geen schade oploopt.

Hennie Kuiper koestert het verleden zoals weinig anderen. Sinds dit jaar is zijn ouderlijke boerderij in Denekamp omgetoverd tot een museum/bibliotheek/wielercentrum/kinderboerderij/ijsfabriek. ‘Erve Kuiper’ heet het complex, waar de glorie van het wielerleven van Hennie Kuiper levend wordt gehouden. Zijn neef Erik maakt er – omstandig bekroond – het allerbeste ijs van heel Europa.

Holthausen heeft van seconde tot seconde de gebeurtenissen in Parijs-Roubaix beschreven.

Op een van de slaapkamers in zijn huis in Enschede had Kuiper voor zichzelf al een bescheiden maar toch indrukwekkend museum ingericht. De makers van het boek hebben er dankbaar gebruik van gemaakt om de uitgave ‘Hennie Kuiper Kampioen Wilskracht’ naar een uniek niveau te tillen. Wie de luxe editie aanschaft, krijgt bij het boek een aantal reproducties van originele documenten uit de bijzondere privécollectie van Hennie Kuiper: zijn eerste KNWU-licentie, zijn Olympische accreditatie uit 1972, het Olympisch diploma behorend bij zijn gouden medaille en zijn eerste amateurcontract.

Heel bijzonder is de reproductie van het profcontract dat Kuiper in 1974 tekende met sponsor Frisol. Sponsorbaas Nico de Vries heeft er met de pen – inclusief taalfout – onder geschreven: ‘Indien Kuiper WK wordt dan betaald Frisol aan Kuiper fl. 15.000,=.’

Ook bijzonder is de belastingopgave van Hennie Kuiper in Frankrijk over het jaar 1979; het jaar dat Hennie Kuiper voor de Franse formatie Peugeot fietste. Uitgerekend met Bernard Thévenet.

Het tweede deel van de profcarrière van Hennie Kuiper kreeg gestalte in de eendagswedstrijden. Had hij in 1980 niet op de Redoute voet aan de grond moeten zetten vanwege een dwars op het parkoers geparkeerde motor, dan had hij waarschijnlijk tot aan de meet in Luik Bernard Hinault partij kunnen bieden in de meest ijzingwekkende editie van de klassieker Luik-Bastenaken-Luik. Nu eindigde Kuiper als tweede in een ijzige koers waaraan Hinault tot op de dag van vandaag wordt herinnerd in nachtmerries. Hij heeft er bovendien gevoelloze vingers aan overgehouden. Bovendien forceert Hinault zich in die editie van Luik-Bastenaken-Luik. Het zware verzet schaadt zijn knieën. De Tour van dat jaar moet hij dan ook met een knieblessure verlaten. Het opent voor Joop Zoetemelk de weg naar de eindzege, Hennie Kuiper finisht in Parijs als tweede.

De tweede plaatsen van Kuiper in 1980 worden een jaar later overtroffen door zeges in de Ronde van Vlaanderen en de Ronde van Lombardije. Holthausen pluist in ‘Kampioen Wilskracht’ ook de laatste klassiekerzege van Hennie Kuiper uit om aan te tonen dat hij in 1985 in Milaan-Sanremo medevluchter Teun van Vliet geen kunstje heeft geflikt.

Resteert dat ene alleszeggende beeld op de kasseien van Hem. De koers: Parijs-Roubaix. Het jaar: 1983. De afstand tot de finish: 6 kilometer. De amateurfotograaf in de berm. De slinger die Kuiper moet maken om een botsing te vermijden. De band die daardoor van het achterwiel loopt. De ongekende nervositeit van ploegleider Fred De Bruyne die Kuiper probeert een nieuw achterwiel te geven. De tegenwoordigheid van geest bij mecanicien Gilbert Cattoir die een reserve fiets van de wagen pakt en Kuiper op weg naar eeuwige roem duwt.

Holthausen heeft van seconde tot seconde de gebeurtenissen in Parijs-Roubaix beschreven. Talloze varianten (Kuiper zou lek hebben gereden, Kuiper zou met een wiel boven zijn hoofd hebben staan zwaaien, Kuiper zou minuten op zijn achtervolgers hebben verloren…) van de mythische zege worden naar het rijk der fabelen verwezen.

Wat blijft, is de ultieme krachtsinspanning van Kampioen Wilskracht. Alles, maar dan ook alles van leven en werken van Hennie Kuiper komt bij elkaar in 49 seconden sporthistorie. De Grote Kleine Kuiper die weerstand en tegenslag overwint. De doorzetter uit Denekamp die nooit, nooit opgeeft. En zijn ultieme en eeuwigdurende bekroning krijgt in het Vélodrôme André Pétrieux van Roubaix.

Dat is een beeld dat beklijft met de publicatie van ‘Hennie Kuiper Kampioen Wilskracht’.

Jacob Bergsma (Harlingen, 1964) werkte twintig jaar voor diverse media. Na zijn journalistieke carrière volgden communicatiefuncties bij de KNVB, het Nederlands Elftal en de Rabo Wielerploegen. Op zijn naam staan titels als Joop Zoetemelk, Een Open Boek en Verhaal halen – The Best of Mart Smeets.

 

Waardeer deze site!

Onze content is gratis. Vond je het de moeite waard? Dan kun je dat laten blijken met een kleine financiële bijdrage.

Mijn gekozen waardering € -